5 BEDIENING
5.11.2
Middelste draadgeleider
1.
Oefen een beetje druk uit op de
middelste draadgeleiderklem en trek
de middelste draadgeleider (A) naar
buiten.
2.
Druk het juiste type draadgeleider
erin (volgens de bijlage
SLIJTDELEN). De klem vergrendelt
de draadgeleider automatisch in de
juiste positie.
5.11.3
Geleider van de uitgaande draad
1.
Verwijder de aanvoerrol rechtsonder
(zie het gedeelte
"Draadaanvoerrollen verwisselen").
2.
Verwijder de middelste
draadgeleider (zie het gedeelte
"Middelste draadgeleider").
3.
Ontgrendel de snelsluiting van de
geleider van de uitgaande draad (A)
door deze uit te klappen.
4.
Verwijder de geleider van de
uitgaande draad (B).
5.
Monteer de juiste geleider van de
uitgaande draad (volgens de bijlage
SLIJTDELEN).
6.
Vergrendel de nieuwe geleider van
de uitgaande draad met behulp van
de draadgeleidersnelsluiting (A).
7.
Bevestig het tweede paar
aanvoerrollen opnieuw en oefen
opnieuw druk uit op de rollen (zie
het gedeelte "Draadaanvoerrollen
verwisselen").
5.12
Roldruk
De roldruk moet op elke spaneenheid afzonderlijk worden afgesteld, afhankelijk van het
gebruikte draadmateriaal en de diameter.
Zorg er eerst voor dat de draad soepel door de draadgeleider loopt. Stel daarna de druk van
de drukrollen van de draadaanvoereenheid in. Het is belangrijk dat de druk niet te hoog is.
0463 658 001
- 22 -
© ESAB AB 2019