Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Rookgasafvoer- En Luchttoevoersysteem - Atag Blauwe Engel Series Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6.8 Rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem

Met het rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem wordt
bedoeld:
-
De rookgasafvoerleiding;
-
De luchttoevoerleiding;
-
Dak- of geveldoorvoer.
De toestelaansluitdiameter is ø 80 mm. Hierop kan het
rookgasafvoer- en luchttoevoersysteem gemonteerd
worden al dan niet voorzien van bochten. Zie tabel 5
voor de maximaal toepasbare leidinglengte.
De rookgasafvoer- en luchttoevoerinstallatie moet vol-
doen aan:
-
Afvoersysteem aangegeven op de typeplaat van het
toestel (Afvoerklasse)
-
Voorschriften voor aardgasinstallaties GAVO 1987
(NEN 1078 4e druk mei 1987);
-
NPR 3378, toelichting bij NEN 1078;
-
Plaatselijk geldende voorschriften;
-
Keuringseisen GASTEC QA 83.1 t/m 83.4
Het is aan te bevelen om voor het rookgasafvoer-
systeem roestvaststaal afvoermateriaal toe te passen.
Door het toepassen van de ATAG ijspegelvrije dak-
doorvoer wordt voorkomen dat ijsvorming kan ontstaan
aan de dakdoorvoer.
Voor het luchttoevoersysteem kan kunststof gekozen
worden.
Voor nadere informatie omtrent het leveringspro-
gramma van het afvoer- en toevoersysteem verwijzen
wij u naar de brochure ATAG afvoerprogramma.
Indien voor ander rookgasafvoer- en luchttoevoer-
materiaal gekozen wordt, moet het materiaal voorzien
zijn van het GASTEC QA-HR label.
D
e
m
a
i x
m
a
l a
o
p
g
e
g
e
v
e
n
e l
o t
- e
a
s l
a
v f
o
e
s r
y
s
e t
e
m
s i
d
d
a
- k
f o
g
e
v
e
d l
o
o
v r
o
e
. r
y t
p
e
o t
e
t s
l e
m
a
e l
n
S
H -
R
1
5
S
H -
R
2
4
e
n
2
4
i T
E
S -
H
R
2
4
i T
E
S -
H
R
2
8
3 /
5
i T
S
H -
R
3
5
e
n
3
5
i T
S
H -
R
5
1
e
n
5
1
i T
S
H -
R
6
0
B
j i
h
t e
o t
e
p
a
s
s
e
n
v
a
n
b
o
c
m
o
t e
d
e
h
e i
o r
n
d
r e
o
p
g
e
g
e
w
e
e
s r
a t
n
d
v
a
n
d
e
b
o
c
h
, t
b
V
o
o
b r
e
l e
: d
S
-
H
R
2
4
m
t e
1
0
m
t e
r e
a
b
o
c
h
e t
. n
D
t i
h
o
u
d
i t
: n
1
0
m
b
o
c
t h
9
° 0
b
o
c
t h
4
° 5
lengte toe- en afvoersysteem
d i
n i
g
e l
n
g
e t
n i
m
e
e t
s r
v
o
r o
e
a
s f
a t
n
d
u t
s
s
e
n
h
t e
o t
e
t s
i x
m
a
e l
e l
d i
n i
- g
m
a
i x
m
a
e l
g
e t
n i
m
e
e t
s r
e l
n
g
e t
n i
n i
ø
8
0
m
m
n i
ø
9
0
3
0
4
0
2
5
4
0
2
5
4
0
1
8
3
6
1
8
3
6
1
0
2
0
6
1
3
h
e t
n
n i
h
t e
o t
- e
f o
a
v f
o
e
s r
v
e
n
e l
n
t g
, e
d
e i
o
v
e
e r
e
n
k
o
m
j i
d
e
e l
d i
n i
g
e l
n
g
e t
w
o
d r
e
n
o
v f
o
e
k r
a
n
a
l a
ø
8
0
m
m
e
n
t e
r e
+
2
x
1
2 ,
5
m
t e
r e
=
1
2
5 ,
1
2 ,
5
1
5 ,
1
1
2 ,
toe- en afvoersysteem
Het afvoersysteem dient bij horizontale delen altijd
onder afschot (30 mm/m) naar het toestel aangebracht
te worden, zodat zich geen condenswater in het afvoer-
systeem kan verzamelen. Door het teruglopen van het
condenswater naar het toestel is de kans op ijspegel-
vorming aan de dakdoorvoer minimaal. Bij horizontale
uitmondingen dient het toevoersysteem onder afschot
naar buiten geplaatst te worden om inregenen te voor-
komen.
Het plaatsen van een extra condensopvanginrichting in
het afvoersysteem is overbodig.
Het toestel produceert, wanneer het in bedrijf
is, een witte condenspluim. Deze condens-
pluim is onschadelijk maar kan, met name bij
uitmondingen in de gevel, als hinderlijk erva-
ren worden. Daarom verdient een boven-
dakse uitmonding de voorkeur.
Het toestel is niet geschikt als "open" toestel.
Dit houdt in dat verbrandingslucht altijd van
z
o
w
l e
buiten gehaald dient te worden.
l e
e
n
d
e
De ATAG CV-toestellen mogen alleen in de cascade
e l
d i
n i
- g
opstellingen geplaatst worden, als u gebruik maakt van
m
e
e t
s r
m
m
het installatievoorschrift ATAG Cascade.
y
s
e t
e
m
t
m
t e
d
e
p
g
t e
l e
. d
2
x
9
° 0
m
t e
r e
5
tabel 5
Installatievoorschrift S-HR en E-SHR pagina 15
figuur 13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave