LaCie 4big Quadra Enterprise Class
Gebruikershandleiding
3.1.2.
RAID 10
RAID 10 (ook RAID 1+0 genoemd) is een ander RAID-niveau dat de
eigenschappen van andere niveaus (RAID 1 en RAID 0) combineert.
Het is een "mirror (spiegel) van stripes", wat betekent dat gegevens
worden gestriped over twee gespiegelde arrays. Het stripen gebeurt
tussen arrays en het spiegelen binnen dezelfde array. Zie
In een RAID 10-array kan één schijf van elk gespiegeld paar een
defect vertonen zonder enig gegevensverlies. De actieve schijf in
een array met een defecte schijf wordt echter een zwakke schakel
voor de volledige array. Als de tweede schijf in een gespiegeld paar
defect is, gaat de volledige array verloren.
Toepassingen
RAID 10 biedt goede snelheden door de RAID 0-striping
maar vermindert de beschikbare capaciteit van een appa-
raat met de helft (ervan uitgaand dat alle schijven in de
array over dezelfde capaciteit beschikken).
3.1.3.
Concatenatie
Als drives zijn geconcateneerd, wordt hun capaciteit gecombineerd
en worden gegevens geschreven naar de primaire drive in de array
tot deze vol is en dan naar de volgende drives
tie biedt geen prestatievoordelen of extra veiligheid voor gegevens.
Het is simpelweg een methode voor de combinatie van meer dan
één fysieke schijf in één volume voor een grotere totale capaciteit.
Met concatenatie is het volledig capaciteitsgebruik van alle schijven
in de array mogelijk en kunnen de meeste gegevens een schijfsto-
ring overleven. Alleen gegevens op de defecte schijf en gegevens
die gedeeltelijk zijn geschreven op de defecte schijf en een wer-
kende schijf gaan verloren.
Biedt de maximale capaciteit doordat de capaciteiten van verschil-
lende drives tot één groot volume worden gecombineerd.
• D
N
esign by
eil
Fig.
08.
(Fig.
09). Concatena-
P
oulton
RAID 10
RAID 1
A1
A1
A3
A3
A5
A5
A7
A7
Disk 1
Disk 2
Fig. 08
Concatenation
A
E
B
F
C
G
D
H
Disk 1
Disk 2
Fig. 09
RAID
pagina 15
RAID 0
RAID 1
A2
A2
A4
A4
A6
A6
A8
A8
Disk 3
Disk 4
I
M
J
N
K
O
L
P
Disk 3
Disk 4