Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningshandleiding
Schakelkussen met veiligheidsfunctie
3.2 Montage van de positieschakelaar
Het schakelkussen moet centraal onder de geopende vliegtuigdeur
geplaatst worden. Om beschadigingen te vermijden moet het
schakelkussen daarbij voorzichtig behandeld worden.
Neem ook de opmerkingen van de normen EN 12312-1 en
EN 12312-4 in acht.
4. Elektrische aansluiting
4.1 Algemene opmerkingen betreffende de elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting mag uitsluitend in spanningsloze
toestand door gemachtigd en gekwalificeerd personeel
uitgevoerd worden.
De contactmarkeringen zijn in de klemmenkast aangegeven. Voor
de kabelinvoer moeten geschikte kabelwartels met geschikte
beschermingsgraad gebruikt worden. De correcte plaatsing van
de kabels in de klemmenkast moet gegarandeerd zijn. Na de
aansluiting moet de binnenkant van de klemmenkast gereinigd worden
(verwijderen van kabelresten en vuile onderdelen). De dekselschroeven
van de kast moeten met minstens 1 Nm vastgeschroefd worden.
De schakelkussens van de serie SSG-SK... hebben een dubbele
isolatie. Het gebruik van een aardleiding is daarom niet toegelaten.
4.2 Contactvarianten
De contacten worden getoond in onbediende toestand.
SSG-SK1 en SSG-SK1.1
10
40
50
11-12
S1
23-24
33-34
Tolerantie van de schakelwegen 0/−4mm
S1
(1)
11
12
(2)
(3)
23
24
(4)
(5)
33
34
(6)
4
10
40
50
S2
S2
(7)
41
42
(8)
A
A
(9)
53
54
(10)
(11)
63
64
(12)
5. Gebruik en onderhoud
5.1 Functietest
De veiligheidsfunctie van de veiligheidsschakelaar moet getest worden.
Hierbij moet vooraf het volgende gegarandeerd zijn:
1. Schakelkussen op beschadiging controleren
2. Controle van de vrije beweging van het schakelkussen
3. Juiste uitvoering van de wartelinvoer en de aansluitingen
5.2 Onderhoud
Wij raden een regelmatige visuele inspectie en functietest aan,
inclusief de volgende stappen:
1. Visuele controle van het schakelkussen op uitwendige
beschadigingen
2. Controle van de vrije beweging van het schakelkussen
3. Verwijdering van stof en vuil
4. Controle van de kabelinvoer en -aansluitingen
Als testinterval raden wij een periode van minstens alle 8 - 12 weken
aan, afhankelijk van de gebruiksfrequentie.
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
6. Demontage en afvalverwijdering
6.1 Demontage
De veiligheidsschakelaar mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden.
6.2 Afvalverwijdering
De veiligheidscomponent moet op een correcte manier volgens de
geldende nationale voorschriften en wetgevingen afgevoerd worden.
41-42
53-54
63-64
NL
SSG-SK
Advertenties
Inhoudsopgave
