LET OP!
Wordt de brandstoftankdop verwijderd, dan dient
deze altijd langzaam losgedraaid te worden en
dient gewacht te worden totdat de druk in de tank
ontsnapt is alvorens de dop te verwijderen.
Onderzijde
vulhals
BEDIENING
Brandstoftank
3 m
BRANDSTOf
• Als brandstof wordt een mengsel gebruikt van
normale benzine met motorolie voor luchtgekoelde
tweetaktmotoren van een gerenommeerd merk.
Loodvrije benzine van minimaal 89 octaan wordt
aanbevolen. Gebruik geen brandstof die methylalcohol
of meer dan 10% ethylalcohol bevat.
• Aanbevolen mengverhouding: 0 : 1 (2%) voor
ISO-L-EGD Standard (ISO/CD 13738), JASO FC en
ECHO Premium 0 : 1-olie.
- Meng de benzine en de olie niet direct in de
brandstoftank van de machine.
- Voorkom dat brandstof of olie wordt gemorst. Veeg
gemorste brandstof altijd op.
- Ga altijd voorzichtig met brandstof om; brandstof is
licht ontvlambaar.
- Bewaar brandstof altijd in een geschikt reservoir.
OPmERKING
Brandstof veroudert naarmate het langer wordt
bewaard. Meng niet meer brandstof dan u binnen
dertig (30) dagen nodig denkt te hebben. Meng de
benzine en de olie niet direct in de brandstoftank.
OmGAAN mET BRANDSTOf
• GA VOORZICHTIG mET BRANDSTOf Om.
BRANDSTOf IS LICHT ONTVLAmBAAR. VOLG
ALLE HIERONDER BESCHREVEN REGELS
OP Om BRAND Of EEN ExPLOSIE DIE TOT
ERNSTIG LETSEL Of DE DOOD KUNNEN
LEIDEN, TE VOORKOmEN.
• DRAAI NA HET BIjVULLEN DE BRANDSTOfDOP
STEVIG VAST EN CONTROLEER OP LEKKAGE.
VOER INGEVAL VAN BRANDSTOfLEKKAGE
DIRECT DE VEREISTE REPARATIEWERKZAAm-
HEDEN UIT ALVORENS DE mACHINE TE
STARTEN, AANGEZIEN ER BRANDGEVAAR IS.
• Rook niet en houd vuur of vonken op voldoende
afstand van brandstof.
• Vul de brandstoftank altijd in de buitenlucht. Vul nooit
brandstof bij in een afgesloten ruimte.
• Draai de brandstofdop altijd langzaam open zodat in de
tank opgebouwde druk kan ontsnappen.
• Vul de tank nooit bij als de motor heet is of draait.
• Gebruik altijd een goedgekeurde, veilige jerrycan.
• Het is niet toegestaan om brandstof tot boven de
onderzijde van de vulhals van de brandstoftank te vullen.
• Veeg gemorste brandstof altijd van de machine zodra u
de tank hebt bijgevuld.
• Zorg dat de brandstoftank niet overvuld wordt. Ga
vervolgens ten minste 3 meter van de plaats staan waar u
de brandstof hebt bijgevuld, en zorg dat er geen brandstof
uit de heggenschaar lekt voordat u de motor start.
• Berg de heggenschaar nooit op met brandstof in de
tank, omdat als gevolg van brandstoflekkage brand kan
ontstaan.
• Draai altijd de brandstofdoppen op de heggenschaar
en de jerrycan vast.
8
GEVAAR