20
X AIR Gebruiksaanwijzing
6. X AIR voor Android
Met de X AIR-applicaties voor iOS, Android en Mac/Win/Linux kunnen alle fysieke
bedieningselementen en functies die normaal te vinden zijn op analoge mixers
digitaal worden aangepast, en kunnen effecten en routing volledig worden
aangepast, allemaal vanaf een externe locatie, weg van het invoervak. Dit
resulteert in een zeer compacte, maar toch complete mengoplossing die kan
worden bediend terwijl u zich door de zaal of studio verplaatst. In dit hoofdstuk
wordt de functionaliteit van de software op een Android-apparaat besproken.
6.1 Hoofdaanzicht
Het hoofdweergavescherm biedt toegang tot alle 16 kanaalfaders, Aux-ingangen
en FX- en busniveaus, evenals navigatie naar voorversterkerregelaars, meters,
FX-slots en meer.
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
1. De Channel Strip geeft een snelle verwijzing naar de status van verschillende
voorversterkerinstellingen en geeft toegang tot Gate-, Dynamics-, EQ-, Pan-
en Input-regelaars.
2. Raak de Solo-knop van een kanaal aan om het kanaal naar de solo-bus te
sturen. De hoek van de knop licht geel op om aan te geven dat een kanaal op
solo is gezet.
3. Elk kanaal heeft een speciale meter om het ingangsniveau te controleren. Als
de meter de rode klemlampjes bereikt, verlaagt u de versterkingsregeling op
het invoerscherm.
4. De kanaalfader past het niveau van een kanaal aan, of past het aux/
FX/bus-zendniveau aan, afhankelijk van welke laag aan de rechterkant
is geselecteerd.
5. Raak de knop Dempen van een kanaal aan om het kanaal te dempen. De
knop licht rood op wanneer deze is gedempt.
6. Open de pagina's Meters, Effect Rack, Snapshots, Show/Scene, Routing en
Setup door deze knoppen aan te raken.
7. Door de Fine-knop in te schakelen, worden de faders in kleinere stappen
aangepast, waardoor een nauwkeurigere regeling mogelijk is.
8. Selecteer een kanaalbank 1-8 of 9-16 met deze knoppen.
9. Open het bewerkingsscherm Groep dempen door op de knop Dempen
te drukken:
Schakel de Mute Lock-knop in om te voorkomen dat afzonderlijke kanalen per
ongeluk worden gedempt. Alles dempen en Alles dempen zijn snelle manieren om
alle bronnen volledig te dempen of het dempen op te heffen. Tik op een van de 4
Mute Group-knoppen om de kanalen die aan die groep zijn toegewezen te dempen,
en houd een van de knoppen ingedrukt om te bewerken welke kanalen aan de
groep zijn toegewezen.
10. Toegang tot de Aux- en FX-retourfaders met deze knop.
11. Activeer met deze knop de functie Sends on Faders. Indien actief, besturen
de faders de buszendniveaus voor de momenteel actieve bus (zie toelichting
13). Door tussen het kanaal en de Aux/FX-lagen te bewegen, kunnen ook de
zendsignalen voor die lagen worden aangepast.
12. Toegang tot de bus master faders met deze knop. Merk op dat deze niet
zichtbaar zijn wanneer de functie Sends on Faders actief is.
13. Bij gebruik van de Sends on Faders-functie wordt de bus geselecteerd
waarnaar de kanaalsignalen worden verzonden met de knop direct onder
de Sends on Faders-knop. Door op de Bus Master-knop te drukken, kan het
(6)
zendniveau voor de geselecteerde bus worden aangepast.
14. Toegang tot de FX Send- en Main LR-faders met deze knop.
(7)
6.2 Invoer
(8)
(9)
De ingangssectie maakt het mogelijk om de meest voorkomende
(10)
voorversterkerparameters aan te passen, zoals versterking, fase en
(11)
(12)
fantoomvoeding. Dit is toegankelijk vanuit het hoofdweergavescherm door net
(13)
boven de Solo-knop in het kanaalstrookgebied te drukken. Standaard heeft elk
(14)
kanaal een generieke naam zoals "Ch 01" of "Bus 1", maar dit kan in deze sectie
worden aangepast.
(1)
(2)
1. Raak deze bovenste knop aan om toegang te krijgen tot de Scribble Strip-
pagina waar een aangepaste naam en kleur kunnen worden geselecteerd.
2. Pas de pan aan door deze knop aan te raken.
3. De aan/uit-status en basisparameters voor verschillende
voorversterkerfuncties kunnen op deze pagina worden aangepast. Om in
detail te bewerken, drukt u op Config, Gate, EQ, enz.
4. Veel voorversterkerfuncties hebben fabrieksinstellingen die toegankelijk zijn
via het mappictogram.
5. De huidige instellingen kunnen worden opgeslagen om ze later weer op te
roepen.
6. Druk op deze knop om de huidige instellingen te kopiëren.
7. Druk op deze knop om de recent gekopieerde instellingen van het ene kanaal
naar het andere te plakken.
8. Ga met de pijltjestoetsen naar het vorige of volgende kanaal.
(3)
(4) (5) (6) (7)
(8)