Opnamen met lange sluitertijd maken
≈
U kunt de sluitertijd instellen tussen 1 en 15 seconden en opnamen met
een lange sluitertijd maken. U moet echter wel de camera op een statief
bevestigen zodat de camera niet kan bewegen, waardoor het beeld
onscherp kan worden.
•
De helderheid van het beeld kan afwijken van de helderheid van
het scherm bij stap 3 toen de sluiterknop half werd ingedrukt.
•
Als u een sluitertijd van 1,3 seconden of meer gebruikt, worden de
beelden bewerkt om ruis te verwijderen na het maken van de opname.
Hiervoor is enige bewerkingstijd nodig, zodat u mogelijk even moet
wachten voordat u de volgende opname kunt maken.
•
U wordt aangeraden [IS modus] in te stellen op [Uit] als u opnamen
maakt met een statief
Als de flitser afgaat, kan het beeld overbelicht raken. Als dit gebeurt,
stelt u de flitser in op ! en maakt u de opname.
Selecteer ≈.
Zet de modeschakelaar op 4 en druk
●
op de knop m.
Druk op de knoppen op en selecteer G
●
Druk op de knoppen qr om U (meest
●
rechtse pictogram) te selecteren en druk
vervolgens op de knop l
Druk op de knoppen qr om
●
te selecteren en druk vervolgens
op de knop m.
Selecteer de sluitertijd.
Nadat u op de knop o hebt gedrukt,
●
drukt u op de knoppen qr om de
sluitersnelheid te selecteren en drukt
u vervolgens op de knop m.
Bevestig de belichting.
●
Als u de sluiterknop half indrukt, verschijnt
de belichting voor de gekozen sluitertijd.
(p.
113).
≈
83