3. Het tijdelijk wijzigen van de temperatuurinstelling
Tijdens de AUTO -modus kan de in het programma ingestelde temperatuur tijdelijk
verandert worden.
Voor het instellen van een andere temperatuur gebruikt u de toetsen + of -. Tijdens
deze temperatuurwijziging wordt op het display AUTO en MAN weergegeven
(afbeelding 3). Bij het bereiken van de volgende schakeltijd zal dan weer de
temperatuur van het programma aangehouden worden.
4. Vaste temperatuur continue instellen (handmatige werking)
Met deze functie kan de temperatuur vast ingesteld worden voor onbepaalde tijd. De
schakeltijden van het programma worden dan niet uitgevoerd.
Als aanvangstemperatuur wordt de temperatuur van de voorgaande handmatige
werking gebruikt.
Activeren van de functie
Met de toets < de pijl op MAN zetten (afb. 3).
Instellen temperatuur
Afbreken van de functie
Op de toets > drukken
5. Kamertemperatuur voor een bepaalde tijd instellen (vakantie/partyfunctie)
Met deze functie kan de temperatuur voor een paar uur tot 199 dagen vooraf
ingegeven worden, bijv. als u afwezig bent.
De resterende uren/dagen worden aangeduid. U kunt periodes van 1-23 uur of van
1-199 dagen instellen.
Activeren van de functie
Zet met de < toets de pijl op het koffersymbool (afb. 4).
Instellen van de temperatuur
Selecteer met de toets < de tijd.
Instellen van de tijd
Na de instelling van een tijdsperiode knippert het display 10 seconden lang en de
tijdsperiode wordt gestart.
Om de functie af te breken drukt u op de toets < of >.
Na het invoeren van de uren, schakelt de regelaar na verloop van de uren terug in de
AUTO- werking.
Na het invoeren van dagen, schakelt de regelaar om middernacht van de laatste dag
op AUTO.
Opmerking: de actuele (huidige) dag moet meegerekend worden.
met de toets + of –
met de toets + of –
met de toets + of -
3