24
ZAAGBLAD EN ZAAGKETTING VERVANGEN
WAARSCHUWING
Probeer nooit de het zaagblad te vervangen of te verstellen terwijl de motor loopt. Koppel de bougiekabel altijd los voordat
u onderhoud pleegt op het zaagblad en de zaagketting. Deze zaagketting is ZEER scherp; draag zware handschoenen om
uw handen te beschermen tijdens het gebruik. Draag oogbescherming die voldoet aan CE- of ANSI-specifi catie Z87.1.
Vervangen / aanbrengen van het zaagblad
Niveau 2
1.
Verwijder twee (2) zaagbladmoeren (A) en draai de schroef (B) van de
tandwielkap los.
2.
Verwijder de tandwielkap (D).
3.
Haal zaagblad en zaagketting van de tandwielkast en het kettingwiel.
4.
Haal de ketting van het zaagblad en controleer het zaagblad op schade
en uitzonderlijke of onregelmatige slijtage. Vervang indien nodig het
zaagblad.
5.
Monteer de ketting op het zaagblad met de zaagsnede bovenop het
blad in de richting van de bladpunt.
6.
Monteer zaagblad en ketting op de tandwielkast, en leg de ketting op
het aandrijftandwiel (E).
7.
Verdraai de spanningstelschroef (C) zodat de afstelpen van de
kettingspanning in het stelgat van het zaagblad valt.
8.
Monteer de tandwielkap (D), draai de zaagbladmoeren (A) handvast
aan, en draai de schroef (B) van de tandwielkap vast.
9.
Stel de kettingspanning af.
Tandwielkap reinigen
1.
Verwijder twee (2) zaagbladmoeren (A) en draai de schroef (B) van de
tandwielkap los.
2.
Verwijder de tandwielkap (D).
3.
Borstel het vuil van de binnenzijde van de tandwielkap en van het
tandwiel (E).
4.
Verdraai de spanningstelschroef zodat de afstelpen van de
kettingspanning in het stelgat van het zaagblad valt.
5.
Monteer de tandwielkap (D), draai de zaagbladmoeren (A) handvast
aan, en draai de schroef (B) van de tandwielkap vast.
6.
Stel de kettingspanning af.
B
D
C
A
E
B
D
A
B
D
A