3
Computers en software instellen
Soorten verbindingen tussen de computer en
Soorten verbindingen tussen de computer en
de machine
de machine
U kunt de machine en op twee manieren met computers verbinden: via USB-verbinding en via een
netwerkverbinding.
Netwerkverbinding (zie pagina 26 voor meer informatie over het instellen.)
De volgende functies zijn beschikbaar bij een netwerkverbinding: Afdrukken via pc, Remote UI (UI op afstand),
Faxen via pc, Scannen, E-mail/I-Fax, Scannen naar fileserver
Raadpleeg het onderstaande voor meer informatie over hoe elke functie wordt gebruikt met de
netwerkverbinding:
Afdrukken via pc
Remote UI (UI op afstand) →
Faxen via pc
Scannen
E-mail/I-Fax
Scannen naar fileserver
USB-verbinding (zie pagina 35 voor meer informatie over het instellen.)
De volgende functies zijn beschikbaar bij een USB-verbinding: Afdrukken via pc, Faxen via pc
Raadpleeg het onderstaande voor meer informatie over hoe elke functie wordt gebruikt met de USB-verbinding:
Afdrukken via pc
Faxen via pc
–
U kunt de USB-verbinding en de netwerkverbinding gelijktijdig gebruiken.
–
Als u de faxfunctie met de imageRUNNER C1028i wilt gebruiken, hebt u de optionele Super G3-faxkaart nodig.
→
"Afdrukken" in de e-Handleiding
"Instellingen vanaf een pc" in de e-Handleiding
→
"Faxen" in de e-Handleiding
→
"Scannen" in de e-Handleiding
→
"E-mail"/"Faxen" in de e-Handleiding
→
"Scannen" in de e-Handleiding
Afdrukken via pc/Remote UI (UI op afstand)/
Faxen via pc/Scannen/E-mail/I-Fax/
→
"Afdrukken" in de e-Handleiding
→
"Faxen" in de e-Handleiding
Scannen naar fileserver
Afdrukken via pc/Faxen via pc
23