S One
Gebruik de pijlen om de gevoeligheid in te stellen tussen 0 (meest gevoelig) en 4 (minst
7.
gevoelig). Wanneer de sensor bedekt is, zou de indicatiebalk (bijna volledig) zwart moeten
zijn, en wanneer hij niet bedekt is, (bijna volledig) wit.
Idealiter staat de slider
8.
indicatiebalk, zowel wanneer de sensor bedekt is als wanneer de sensor niet bedekt is.
Schuif indien nodig naar links of naar rechts.
Triggerniveau is ingesteld,
9.
tik
op
bevestigen.
4.5.4 Lengte kalibratie
Lengtekalibratie wordt uitgelegd in hoofdstuk 2.5.
Gedetailleerde bediening
die het gevoeligheidstriggerniveau aangeeft halverwege de
om
te
Gebruikershandleiding
4-8