LUXOMAT
Montage- en bedieningshandleiding voor de LUXOMAT
1. Productinformatie
Bewegingsmelder met 130°, 230° en 280° detectiebereik
en onderkruipbeveiliging
Mechanische detectiebereikinstelling
Beweegbare sensorkop
Dynamische aanpassing van de nalooptijd afhankelijk van
de bewegingsrichting
Eenvoudige montage door steeksokkel
Wand-, plafond, binnenhoek- en buitenhoekmontage
Meteen gebruiksklaar met de fabrieksinstellingen
Extra functies met optionele afstandsbediening instelbaar
2. Werking
De bewegingsmelder stuurt de verlichting aan de hand van bewe-
gingen en de gemeten lichtwaarde.
De verlichting wordt ingeschakeld wanneer de sterkte van het om-
gevingslicht onder de op het apparaat ingestelde inschakeldrempel
ligt en er beweging wordt gedetecteerd.
Zodra geen beweging meer wordt gedetecteerd, begint de na-
looptijd te lopen. Na deze tijd wordt de verlichting uitgeschakeld.
De nalooptijd wordt herstart na elke nieuwe beweging.
3. Veiligheidsinstructies
Werkzaamheden aan elektrische installaties mogen enkel
!
door gekwalificeerde installateurs of geschoold personeel
uitgevoerd worden en dit in overeenstemming met de
elektrotechnische regels.
Netspanning uitschakelen alvorens te beginnen met de
!
montage.
Voor alle werkzaamheden aan de sensor dient de
!
voedingsspanning te worden anderbroken!
De maximum belasting is beperkt om de hoge
!
inschakelstroom van elektronische ballasten en LED drivers
tegen te gaan. Wanneer er veel armaturen dienen
geschakeld te worden, is het aan te raden om een externe
contactor te gebruiken.
Alle geschakelde belastingen moeten op deskundige wijze
!
worden ontstoord (wij raden aan om onze RC-filters te
gebruiken).
4. De melder monteren en uitlijnen
Aanbevolen montagehoogte: 2,5 m
De melder kan op de sokkel worden geplaatst
10°
2
1) Bevestig de montagesokkel met twee schroeven op een vaste
ondergrond (let op de kabelinvoer).
2) Druk de aansluitsokkel op de montagesokkel. Voor de fijnaf-
stelling van de melder kan de aansluitsokkel ongeveer 10°
worden gedraaid.
®
N
180°
45°
Bereik en detectiebereik zijn door het verticaal of
horizontaal draaien van de sensorkop aanpasbaar (sensorkop
horizontaal = maximaal bereik)
5. Mogelijke montages
Muurmontage
Buitenhoekmontage/Binnenhoekmontage
met speciale hoeksokkel (accessoire, meegeleverd met RC-plus
next N 280)
6. Montageplaats
> 1m
7. Kabelinvoer
1
1
2
1) Kabelinvoer van boven
2) Kabelinvoer van onderen
3) Kabelinvoer vanuit de muur
(extra afdichting vereist, is niet
bijgeleverd)
4) Klemopschriften (planningsvoobeelden
15s 30s
zie pt. 15)
RC-plus next N
RC-plus next N
®
10°
Plafondmontage
1) Monteer
het
apparaat
indien
mogelijk
op een
beveiligde
plaats.
2) Voer de montage uit volgens de
voorschriften.
3) Minimumafstand
tot aangesloten
verlichting, frontaal
en zijdelings van
het toestel: 1m
4) De verlichting
nooit onder de
bewegingsdetector
monteren.
1
4
4
1,5 2 3 5 6 7 10
8. Zelftestcyclus
Nadat de spanning is aangesloten, doorloopt de melder een
zelftestcyclus van 60sec. Gedurende deze periode reageert het
apparaat niet op beweging.
9. Instelelementen en potentiometers / werking van
de leds
A
B
A
B
C
RC-plus next 230
RC-plus next 130
A Bereik B Nalooptijd C Inschakeldrempel
De afdekking onder de lens moet worden verwijderd om de mechani-
sche instelelementen en potentiometers te kunnen instellen.
Mechanische instelling van het detectiebereik (A)
-
+
Afhankelijk van het model beschikt de RC-plus next N over een ver-
schillend aantal detectiezones (130°: 1 zone, 230°: 2 zones, 280°:
3 zones). Het bereik van deze afzonderlijke detectiezones kan in-
dividueel worden aangepast. Het aantal instelelementen voor de
mechanische bereikinstelling komt hierbij overeen met het aantal
detectiezones.
+: ca. 20 m, –: ca. 5 m (bij montagehoogte 2,50 m)
Test / Nalooptijd / Impuls (B)
1
4
8
16
De testmodus dient om het detectiebereik te bepalen. Hierbij wordt
bij elke beweging de verlichting kort ingeschakeld.
15s 30s
1,5 2 3 5 6 7 10
De nalooptijd is de tijdsduur na een beweging waarin de aange-
sloten verlichting ingeschakeld blijft. Deze nalooptijd kan worden
ingesteld op een tijdsduur van 15 sec. tot 16 min.
Bij de keuze IMPULS wordt bij beweging gedurende één seconde
een impuls verzonden met aansluitend een pauze van negen
seconden.
Inschakeldrempel (C)
De verschillende symbolen staan voor verschillende LUX-waarden,
waarbij de zwarte maan staat voor nachtbedrijf (alleen schakelen
bij duisternis). In de stand Zon is de lichtbeoordeling inactief (dag-
en nachtbedrijf).
10. Fabrieksinstellingen
&
„TEST"
Bij de levering staan de draairegelaars op de positie TEST en zon
(dagmodus). Bij deze instelling zijn de volgende vast opgeslagen
waardes actief:
Nalooptijd = 3 min.
3
Schemerwaarde = ong. 20 Lux
8
16
12
NL
A
C
B
C
A
A
A
RC-plus next 280
LED
12