Reiniging en onderhoud
Het apparaat voor reiniging
voorbereiden
Schakel het apparaat uit.
Het display dooft en de koeling is uitge-
schakeld.
Is dat niet het geval, dan is de vergren-
deling ingeschakeld. Zie hoofdstuk:
"Het wijzigen van instellingen", para-
graaf: "Vergrendeling".
Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering van de huisin-
stallatie uit.
Haal de levensmiddelen uit het appa-
raat en bewaar ze op een koele
plaats.
Neem de diepvriesladen uit het appa-
raat.
Neem de plateaus uit het apparaat
door ze aan de voorkant iets op te til-
len en dan naar voren te trekken.
Binnenkant en toebehoren rei-
nigen
Reinig het apparaat regelmatig, min-
stens een keer in de maand.
Verwijder vuil direct om te voorkomen
dat het vast gaat zitten.
Reinig de binnenkant met een
schoon sponsdoekje, lauw water en
wat afwasmiddel.
Neem alles na de reiniging met
schoon water af en droog het met
een doek.
38
De volgende onderdelen zijn niet ge-
schikt voor de afwasautomaat:
– alle diepvriesladen
– de lijsten
– de koelaccu's
Reinig deze accessoires met de
hand.
De volgende onderdelen zijn geschikt
voor de afwasautomaat:
De temperatuur van het gekozen pro-
gramma mag niet hoger zijn dan
55 °C!
Kunststof onderdelen kunnen in de af-
wasautomaat verkleuren, wanneer ze
in aanraking komen met natuurlijke
kleurstoffen, zoals die van wortels, to-
maten en ketchup.
Verkleuringen hebben echter geen ne-
gatief effect op de stabiliteit van de
onderdelen.
– de plateaus (zonder lijsten)
– het bakje voor ijsblokjes
Laat de deur van het apparaat nog
even openstaan, om het apparaat te
luchten en geurtjes te voorkomen.