Inhoudsopgave
Advertenties
5.5.1
Rijden - platform laag
De bewegingssnelheden van de functies die middels de joystick worden bediend zijn
proportioneel, dit houdt in dat: hoe verder u de joystick uit de neutrale stand beweegt, zoveel
sneller zal de machine bewegen. De joystick dient, zodra u de joystick loslaat, weer in neutrale
positie terug te komen. Beiden joysticks bedienen elk een afzonderlijke track. De linker joystick
voor de linker track en vice versa.
Alvorens u wilt werken met de functies die het heffen van het platform mogelijk maken, dient u
deze functies middels de functie-selectie schakelaar eenmalig te activeren.
De functies blijven na het bedienen 10 seconden geactiveerd alvorens ze opnieuw geactiveerd
dienen te worden.
Bedien de Functie-selectie schakelaar naar het grijze vlak (rechts). De rijfuncties worden
vrijgegeven
Sturen
Sturen geschiedt middels de 2 joysticks. Zoals eerder al is aangegeven bedient elke joystick een
afzonderlijke track (linker joystick - linker track / rechter joystick - rechter track).
Wanneer een bocht naar rechts gemaakt moet worden, moet de rechter track langzamer gaan of
in stilstand zijn. Een track langzamer laten gaan is dmv de joystick minder ver naar voren te
bewegen. Voor een bocht naar links werkt het precies andersom.
Indien tijdens het rijden , de noodstop wordt ingedrukt zal
de machine abrupt tot stilstand komen. Dit kan een
schokkend effect hebben op de machine.
Dit kan tot verwondingen leiden, zet u schrap indien u de
noodstop indrukt en laat geen losse materialen slingeren
op het platform.
Bediening
23
440820/V0.1
Advertenties
Inhoudsopgave
