3
Werkomgeving Inspectie
De gebruikershandleiding dient voor gebruik van de hoogwerker door de gebruikers
geheel gelezen en begrepen te zijn. De gebruiker voert de dagelijkse inspectie voor gebruik
uit.
Controleer de werkomgeving en verzeker u zich ervan dat de omgeving geschikt is om de
hoogwerker te gebruiken.
Zowel voor als tijdens de werkzaamheden: controleer of er geen gevaarlijke situaties zich kunnen
voortdoen.
Werkomgeving inspectie
Controleer de werkomgeving onder andere op:
•
Gaten in het wegdek, niveau verschillen. Ook deze die wellicht door water en/of ijs
gemaskeerd kunnen worden.
•
Hellingen en onstabiele en gladde oppervlaktes.
•
Obstakels, vuil en overige rommel.
•
Obstructies op hoogte en elektrische leidingen.
•
Overige obstructies.
•
Gevaarlijke locaties en gevaarlijke atmosfeer.
•
Windbelasting en overige weersinvloeden.
•
Aanwezigheid op onbevoegde personen.
•
Overige mogelijke gevaarlijke situaties.
Werkomgeving Inspectie
15
440820/V0.1