Dioptriecorrectie (vervolg)
7. Kijk in het oculair.
8. Draai het oculair langzaam naar rechts in
de richting van de «–», totdat het oog het
object scherp ziet.
9. Kies de hoogste vergroting en stel zo nodig
de scherpte bij.
Als u de vergroting nu wijzigt van het hoogste
niveau tot het laagste niveau, wordt het object
altijd scherp afgebeeld. Zo niet, dan herhaalt u
de procedure.
Leica E-Serie
Handleiding
33