Inhoudsopgave
Advertenties
°
Paneelbeschrijvingen
1
2
24
25
26
MEMO
De productnaam en het serienummer zijn afgedrukt op een
label dat dicht bij de aansluitingen is aangebracht.
[Ā] (Aan/uit)-knop
1
Schakelt het apparaat in en uit.
U kunt het klavierdeksel openen en sluiten om de piano aan/uit te
zetten (p. 7).
[ ] (Volume)-regelaar
2
Regelt het volume van de gehele piano.
Hiermee regelt u het volume waarmee u op de piano speelt of de
nummers afspeelt.
Als een hoofdtelefoon is aangesloten, regelt u het volume van de
hoofdtelefoon met deze regelaar (p. 8).
[ ] (Function)-knop
3
Hiermee krijgt u toegang tot de functiemodus waarin u de
verschillende instellingen kunt wijzigen (p. 25).
[ ] (Ambience)-knop
4
Voegt galm toe waardoor het klinkt alsof u in een grote ruimte
speelt, zoals een concertzaal of een kathedraal. Verander het type
galm om het geluid te simuleren van pianospel op verschillende
plaatsen (p. 9).
* U kunt verschillende soorten galmeffecten uitsluitend op de
tonen in de Grand-groep toepassen.
[ ] (Keyboard Mode)-knop
5
Hiermee krijgt u toegang tot de Keyboard mode (klaviermodus)
waarin u verschillende instellingen van het klavier kunt wijzigen
(p. 29).
[ ] (Piano Designer)-knop
6
Regelt verschillende elementen van het geluid van de piano zodat u
het geluid aan uw voorkeur kunt aanpassen (p. 18).
4
3
27
28
4
5
6
21
22
23
* Zet het volume altijd op nul en schakel alle apparaten uit voordat u een aansluiting
maakt om defecten en storingen aan de apparatuur te voorkomen.
Klank [ ] (Grand) [ ] (Upright / Classical)
7
[ ] (E Piano / Organ) [ ] (Other)-knoppen
Hiermee selecteert u het geluid dat door het klavier wordt
afgespeeld (p. 9).
Druk op de [ ] (Registration)-knop om deze naar de [1] [2] [3]
[4]-knoppen te schakelen.
[ ] (Registration)-knop
8
Gebruik deze knop om de Registration-instellingen te selecteren en
te registreren (p. 11).
Display
9
Dit geeft informatie weer zoals de klanknaam, de nummernaam, het
tempo en de maataanduiding.
[–] [+] (selection)-knop
10
Wijzigt het item of de waarde die op het scherm wordt weergegeven
(p. 8).
[ ] (Exit)-knop
11
Keert terug naar het vorige scherm of verlaat het huidige scherm (p. 8).
[ ] (Enter)-knop
12
Bevestigt een item of waarde die op het scherm wordt weergegeven
(p. 8).
[ ] (Metronoom)-knop
13
Schakelt de metronoom in en uit (p. 12).
[ ] (Tempo)-knop
14
Wijzigt het tempo van de metronoom of het nummer.
¹ Het tempo van de metronoom wijzigen (p. 12)
¹ Het tempo van het nummer wijzigen (p. 13)
7
8
9
Advertenties
Inhoudsopgave
