Informatie voor OEM en Setup | Inbedrijfstelling
Referentiemerken (Encoder)
Instellingen ► Assen ► <Asnaam> ► Encoder ► Referentiemerken
Bij meetsystemen met EnDat-interface vervalt het zoeken naar
referentiemerken, omdat de referentiepunten van de assen automatisch
worden vastgelegd.
Parameter
Referentiemerk
Max. verplaatsing
Nom. afstand
Inversie van de
referentiemerkimpulsen
Referentiepuntverschuiving
HEIDENHAIN | POSITIP 8000 | Bedieningshandleiding Frezen | 03/2022
Uitleg
Vastleggen van het type referentiemerk
Instellingen:
Geen: geen referentiemerk aanwezig
Een: het meetsysteem beschikt over één referentiemerk
Gecodeerd: het meetsysteem beschikt over afstandsge-
codeerde referentiemerken
Standaardwaarde: Een
Voor lengtemeetsystemen met gecodeerde referentiemerken:
Maximale verplaatsing voor de bepaling van de absolute positie
Instelbereik: 0.1 mm ... 10000.0 mm
Standaardwaarde: 20.0
Voor hoekmeetsystemen met gecodeerde referentiemerken:
Maximale basisafstand voor de bepaling van de absolute positie
Instelbereik: > 0° ... 360°
Standaardwaarde: 10.0
Hiermee wordt vastgelegd of de referentiemerkimpulsen geïnver-
teerd worden verwerkt
Instellingen
ON: referentiemerkimpulsen worden geïnverteerd verwerkt
OFF: referentiemerkimpulsen worden niet geïnverteerd
verwerkt
Standaardwaarde: OFF
Configuratie van de offset tussen referentiepunt en nulpunt
Verdere informatie: "Referentiepuntverschuiving", Pagina 95
II
99