Het apparaat in- en uitschakelen
Het apparaat inschakelen
1 .
Zet het volume van dit apparaat helemaal uit.
Ø "Het volume regelen" (p. 8)
* Zet ook het geluid van andere aangesloten externe apparaten op nul.
2 .
Draai de [Ā]-schakelaar van het apparaat naar "ON".
De stroomled brandt en het display toont het scene-scherm.
3 .
Als er een extern apparaat op dit apparaat wordt
aangesloten, zet u het externe apparaat aan en
regelt u het volume.
Het volume regelen
1 .
Draai aan de [VOLUME]-regelaar om het volume te
wijzigen.
Gebruik uw adem voor nauwkeurige controle over het volume
tijdens het spelen.
* De [VOLUME]-regelaar wijzigt standaard zowel het volume van
de luidsprekers als het volume van het geluid dat tegelijk uit de
hoofdtelefoonaansluiting komt.
* Om het volume van de luidspreker en de hoofdtelefoon
afzonderlijk te wijzigen, bewerkt u de instellingen voor
luidsprekervolume en uitgangsvolume in het instellingenmenu.
8
[VOLUME]-regelaar
Wijzigt het algemene volume .
Het apparaat uitschakelen
1 .
Als er een extern apparaat op dit toestel is
aangesloten, schakelt u de stroom van de
aangesloten externe apparaten uit.
2 .
Draai de [Ā]-schakelaar van het apparaat naar "OFF".
* Dit apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na een vooraf
ingestelde tijdsspanne sinds het apparaat voor het laatst werd gebruikt
om muziek af te spelen of sinds de knoppen of bedieningselementen
van het apparaat voor het laatst werden gebruikt (Auto Off-functie).
Als u niet wilt dat het apparaat automatisch wordt uitgeschakeld,
schakelt u de Auto Off-functie uit (p. 14).
– Niet-opgeslagen gegevens gaan verloren wanneer het
apparaat wordt uitgeschakeld. Voordat u het apparaat
uitschakelt, slaat u de gegevens op die u wilt behouden.
– Druk opnieuw op de aan-/uitknop om het apparaat weer in te
schakelen.
* Mogelijk hoort u wat geluid wanneer u het apparaat in- of
uitschakelt. Dit is normaal en wijst niet op een defect.