OPMERKING: u kunt de typen openbaar vervoer
wijzigen en de loopafstand op een route in de modus
Voetganger beperken
(pagina
De navigatiekaart voor voetgangers gebruiken
Zie
pagina 22
voor meer kaartfuncties.
➊
•
Selecteer
om te schakelen tussen verschillende
➊
routedelen.
•
Selecteer
om de routebeschrijving weer te geven.
➋
Kaartpictogrammen
•
Als u navigeert in de modus Voetganger, geeft
bij benadering uw positie en richting op de kaart aan
waarin u zich beweegt.
nüvi 140/150-serie – gebruikershandleiding
44).
➋
•
De cirkel rond
geeft de nauwkeurigheid van uw
positie op de kaart aan. Hoe kleiner de cirkel, hoe
nauwkeuriger de positie.
•
De gele pictogrammen geven de transportmethode
aan die in elk gedeelte van de route worden gebruikt.
Als u bijvoorbeeld
route in een bus.
•
De zwarte stippen op de kaart geven de haltes van het
openbaar vervoer langs uw route aan.
ziet, stapt u op dat punt in de
21