AANDACHT!
Tijdens de bediening van de stabilisatoren moet u visueel controleren of er niemand door hun
bewegingen gewond kan raken. Indien niet alle stabilisatoren zichtbaar zijn vanuit de opstelling
voor de bediening, moet u de zone afbakenen om alle mogelijke toegang te beletten.
AANDACHT!
Om de hoogwerker op een hellende of onvast ondergrond te stabiliseren, moet u vulstukken
(bijvoorbeeld van hout) gebruiken, die onder de stabilisatoren moeten worden aangebracht.
Stabiliseren op een steile helling verhoogt het risico dat het voertuig wegschuift. Zet vast met
wiggen of veranker het voertuig met kabels vooraleer de achteras op te tillen.
Volg onderstaande procedure om de stabilisering van de wagen uit te voeren:
STAP
ACTIE
1
Controleer of de opstartprocedure met succes is uitgevoerd
Aan de rechterkant van de wagen (bij voertuigen met de stuurplaats rechts zitten de commando's gespiegeld
ten opzichte van de wagen en kunnen op beide zijden gerepliceerd worden) zitten de commando's van de
2
steunstabilisatoren. Eerst en vooral moet u werken op de extensie van de traversen, teneinde de configuratie
van de extensies te bepalen.
Daarna moet u op de stabilisatoren werken: door de hendel vooruit te duwen die met de gewenste stabilisator
overeenkomt, gaat de respectievelijke stabilisator omhoog. Wanneer u aan de hendel trekt, gaat de respectie-
velijke stabilisator naar beneden.
3
Nota bene: wanneer het voertuig van de grond is opgetild en de vier stabilisatoren op de grond rusten, gaat
het groene controlelampje aan voor consensus van de functies van de arm. Dit controlelampje bevindt zich op
het bedieningspaneel beneden.
Controleer via de procedure ''CONTROLE VAN DE NIVELLERING VAN DE WAGEN'' en via de procedure
3
''CONTROLE VAN DE STABILISERING'' of de plaatsing correct is uitgevoerd.
4
Na dit manoeuvre moet u controleren of het lampje voor consensus aan is.
7.2.2. CONTROLE VAN DE NIVELLERING VAN DE WAGEN
AANDACHT!
Controleer altijd of de nivellering correct is na iedere handeling voor stabilisering.
GEVAAR!
Een stabilisering buiten de ingestelde limieten is verboden omdat dit zeer gevaarlijk is! Dit kan de
stabiliteit van de machine gemakkelijk aantasten, waardoor een bron van gevaar bestaat, die zelfs
met dodelijke afloop voor de bedieners kan zijn.
AANDACHT!
Voer nooit interventies uit op de afstellingen van de waterpas. Alleen gespecialiseerde technici
die hiervoor toestemming van de constructeur verkregen, mogen afstellingen van de waterpas
uitvoeren.
7.2.2.1. WATERPAS
Gebruiksaanwijzingen en waarschuwingen volgens de EG-norm - Bladzijde
50