3.16.1. ISOLERING (OPTIE)
Op specifiek verzoek worden sommige hoogwerkers gebouwd met isoleringskenmerken tussen de kooi en de arm of tussen
de kooi, de arm en de toren.
Bij de levering worden de weerstandwaarden gemeten onder de nominale isoleringsspanning. U moet ieder jaar controleren
of deze kenmerken na verloop van tijd niet vervallen.
AANDACHT!
De isolering van het platform beschermt in ieder geval niet tegen overslag wanneer de bediener
met twee geleiders contact maakt of wegens contact van een geleider en de aarde.
In rustpositie is de isolering niet meer efficiënt.
BELANGRIJK!
Bij onderhoud of vervanging van de hydraulische leidingen moet u opletten voor het feit dat
bepaalde leidingen van het isolerende type zonder metalen vlechten kunnen zijn.
BELANGRIJK!
De aanwezigheid van een kooi in glasvezel is niet voldoende om aan te geven dat de machine
geïsoleerd is. Controleer deze vereiste zorgvuldig vooraleer onder spanning te werken.
3.17. WERKZAAMHEDEN WANNEER ER WIND OPSTEEKT
Veranderingen in de windkracht kunnen storingen veroorzaken tijdens het gebruik, zoals verlies van stabiliteit, schommelingen
van de kooi en verlies van het zicht door stof in de lucht, opwaaiende bladeren, enz.
Andere ongunstige condities, die het gebruik van de machine nadelig kunnen beïnvloeden, zijn:
♦ de werkplaats: het aerodynamische effect van gebouwen, bomen en andere structuren kan de windkracht doen
toenemen;
♦ de hoogte boven de grond: hoe hoger de mand zich bevindt, hoe grote de windkracht wordt;
♦ de afmetingen van de lading: hoe groter de zone ingenomen door de lading, hoe groter de invloed van de windkracht.
GEVAAR!
De hoogwerker kan gebruikt worden bij windsnelheden tot 45km/u, wat overeenkomt met 12,5 m/s
(6 op de schaal van Beaufort) gemeten op de grond.
Onderstaande schaal van Beaufort geeft de condities aan waarin men kan werken en de condities waarin de werkzaamheden
beter worden onderbroken:
nr.
BESCHRIJVING
0
Stil
1
Zwakke wind
2
Lichte bries
3
Strakke bries
4
Matige wind
Gebruiksaanwijzingen en waarschuwingen volgens de EG-norm - Bladzijde
CONDITIES
Rook stijgt verticaal omhoog.
Windrichting goed af te leiden uit rookpluimen.
Wind voelbaar op de blote huid, bladeren ritselen.
Bladeren en kleine takjes bewegen voortdurend.
Stof en papier waaien op; de takken schudden.
SNELHEID (m/s)
0 - 0,2
0,3 - 1,5
1,6 - 3,4
3,4 - 5,4
5,5 - 7,9
30