Diagnostiek spuitpatroon
Probleem
Het spuitpatroon pulseert:
Spuitpatroon vertoont uitloop:
Het spuitpatroon vertoont
druppels/verzakkingen:
3A4943E
De operator beweegt te
snel tijdens het spuiten
De spuittip is verstopt
Het materiaal is moeilijk
te vernevelen
Het spuittoestel is te
ti15524a
ver verwijderd van het
doeloppervlak
Onjuiste spuittip voor de
toepassing van het materiaal
De snelheid is te laag ingesteld
Onjuiste spuittip voor de
toepassing van het materiaal
Mogelijk moet het materiaal
worden verdund
ti15526a
ti15526a
Het materiaal is niet compatibel
met het spuittoestel
De spuittip is versleten of
beschadigd
De operator beweegt te
langzaam tijdens het spuiten
Het spuittoestel bevindt zich
te dicht bij het doeloppervlak
De trekker ingedrukt houden bij
het wijzigen van de spuitrichting
De snelheidsregelaar is te
hoog ingesteld
ti15522a
De spuittip is versleten of
beschadigd
Probleemoplossing
Oorzaak
Oplossing
Trage bewegingssnelheid.
Zie Verstoppingen in de
spuittip verwijderen,
pagina 20.
Bij modellen met een
snelheidsregelaar verhoogt u
de snelheid tot het gewenste
patroon wordt bereikt.
Zie Spuiten, pagina 17.
Houd het spuittoestel verder
van het oppervlak. Zie Spuiten,
pagina 17.
Installeer een ander formaat
spuittip. Zie Omkeerbare
spuittips, pagina 19.
Bij modellen met een
snelheidsregelaar verhoogt u
de snelheid tot het gewenste
patroon wordt bereikt.
Zie Spuiten, pagina 17.
Installeer een ander formaat
spuittip. Zie Omkeerbare
spuittips, pagina 19.
Verdun het materiaal conform
de aanbevelingen van de
verffabrikant.
Gebruik ander materiaal.
Vervang de spuittip.
Beweeg het spuittoestel sneller
tijdens het spuiten.
Verplaats het spuittoestel verder
van het oppervlak. Zie Spuiten,
pagina 17.
Laat de trekker lost wanneer
u van richting verandert.
Zie Spuiten, pagina 17.
Bij modellen met een
snelheidsregelaar verlaagt u
de snelheid tot het gewenste
patroon wordt bereikt.
Zie Spuiten, pagina 17.
Vervang de spuittip.
33