Het is voor de houdbaarheid van de le-
vensmiddelen zeer belangrijk dat de
juiste temperatuur wordt ingesteld.
Door micro-organismen bederven de
levensmiddelen erg snel. De tempera-
tuur beïnvloedt de snelheid waarmee
de micro-organismen groeien. Hoe la-
ger de temperatuur, des te langzamer
de micro-organismen groeien en des te
langer het duurt voordat de levensmid-
delen bederven.
Wanneer u voor het bewaren van le-
vensmiddelen de juiste temperatuur in-
stelt kunt u daarmee bederf voorkomen
of vertragen.
Stel, wanneer u verse levensmiddelen
wilt invriezen en ingevroren levensmid-
delen lange tijd wilt bewaren, een tem-
peratuur in van -18°C. Bij deze tempe-
ratuur wordt de groei van micro-orga-
nismen voor het grootste gedeelte ge-
stopt.
Zodra de temperatuur boven de -10°C
stijgt begint het bederf door de micro-
organismen en zijn de levensmiddelen
minder lang houdbaar. Daarom mogen
geheel of gedeeltelijk ontdooide levens-
middelen pas weer worden ingevroren
wanneer ze eerst verwerkt zijn, d.w.z.
eerst gekookt of gebraden zijn. Door de
hoge temperaturen worden de meeste
micro-organismen gedood.
De temperatuur in het apparaat wordt
hoger, naarmate
– de deur van het apparaat vaker
wordt geopend en de deur langer
geopend blijft;
– er meer levensmiddelen worden op-
geslagen;
De juiste temperatuur
– de temperatuur van de levensmid-
delen hoger is, wanneer ze worden
opgeslagen;
– de kamertemperatuur hoger is.
Het apparaat is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een kli-
maatklasse is een temperatuurbereik
waar de kamertemperatuur niet bo-
ven of onder mag liggen.
Temperatuuraanduiding
Is het apparaat normaal in gebruik,
dan geeft de temperatuuraanduiding
in het display de gemiddelde tempe-
ratuur aan, die op dat moment in de
diepvrieszone heerst.
Het kan zeker een paar uur duren voor-
dat de gewenste temperatuur wordt be-
reikt en constant wordt aangegeven.
Dit hangt o.a. van de kamertemperatuur
en de instelling af.
21