Transport en opslag
4
Transport en opslag
WAARSCHUWING: Transportschade!
▶ Behandel het toestel voorzichtig.
▶ Zwenk het toestel niet om vallen en
schade te vermijden.
OPMERKING: Transportschade!
▶ Neem de beschermende verpakking niet
weg teneinde transportschade te voor-
komen. Verwijder de verpakking pas op
de
opstellingsplaats.
▶ Transporteer en plaats het toestel voor-
zichtig. Door schokkende bewegingen
kunnen de interne emaillaag, onderde-
len en aansluitingen daarvan of de bui-
tenmantel beschadigd raken.
▶ Breng het toestel met een geschikt trans-
portmiddel naar de opstellingsplaats
(speciale wagen, pallettruck, enz.).
Algemeen
Het toestel wordt op een pallet geleverd en is door een speciale
verpakking beschermt tegen transportschade.
Het toestel moet altijd in de originele verpakking, verticaal
met lege boiler worden opgeslagen en getransporteerd. Voor
opslag en transport zijn omgevingstemperaturen van -20 °C tot
+60 °C toegestaan.
Handmatig transport
OPMERKING: Beschadiging door banden of
riemen!
▶ Let erop, dat het toesteloppervlak door
de banden of riemen niet wordt gekrast
of ingedrukt.
▶ Sla de banden of riemen niet om aanslui-
tingen van het toestel.
Om het toestel in de eindpositie te brengen, kunnen banden of
riemen om de boiler worden geslagen.
1) Over korte afstanden is horizontaal transport toegestaan,
voor zover aan de hiervoor beschreven voorwaarden is vol-
daan.
18
5
Installatie
▶ Het toestel mag alleen door een erkend installateur worden
geïnstalleerd.
▶ Houd bij de installatie van het toestel de gelden voorschrif-
ten aan.
▶ Controleer of alle aansluitingen in goede conditie verkeren
en niet tijdens het transport beschadigd zijn geraakt.
OPMERKING: Vrijkomend koelmiddel!
▶ Reparaties aan het koelmiddelcircuit
5.1
Opstellingslocatie
Let bij de keuze van de opstellingsplaats op de volgende pun-
ten:
•
Het toestel moet in een droge en vorstvrije ruimte worden
opgesteld. Voor een optimaal toestelvermogen moet de
temperatuur van de toegevoerde lucht tussen +5 °C en
35 °C liggen.
•
Het opsteloppervlak van het toestel moet vast en voldoen-
de vlak zijn.
•
Laat de luchtuitlaat en luchtaanzuiging niet op plaatsen uit-
komen, waar explosiegevaar bestaat door gas, damp of
stof.
•
Waarborg een correcte afvoer van het condenswater.
1)
en
•
De ondergrond, waarop het toestel staat, moet voldoende
stabiel zijn (het gewicht van het toestel is bij gevulde boiler
ongeveer 375 kg en dit wordt gelijkmatig over de 3 voeten
verdeeld).
Wanneer het toestel slechts één leiding (aan-
zuig- of uitlaatleiding) heeft, dan kan tijdens
bedrijf in de opstellingsruimte een onder- of
overdruk ontstaan. Houd, wanneer op deze
locatie al andere verbrandingsinrichtingen
zijn geïnstalleerd, een vrije ruimte van mini-
maal 220 cm
afvoer, om het optimale bedrijf van het toe-
stel te waarborgen.
Opmerking: de vrije ruimte van 220 cm
alleen nodig voor de correcte werking van de
warmtepomp. Tel bij dit oppervlak het op-
pervlak op, dat voor het correcte bedrijf van
de verbrandingsinrichting nodig is.
Houd de minimale afstanden conform afb. 9 aan om een opti-
maal bedrijf en ongehinderde toegang tot alle onderdelen en
aansluitingen voor onderhoud en reparatie te waarborgen.
Compress 4000 DW – 6 720 820 289 (2018/07)
mogen alleen door een gecertificeerde
vakman worden uitgevoerd.
2
aan voor de luchtaanvoer en -
2
is