Inhoudsopgave
Advertenties
1
Vul de V-vormige branderbak met vermiculiet; verdeel het vermiculiet gelijkmatig (zie Afb. 8-15). Het vlambeeld is te
beïnvloeden door het vermiculiet te verplaatsen.
3
- Het vermiculiet mag niet hoger komen dan de rand van de brander.
- Het branderdek moet wel geheel bedekt blijven met vermiculiet om te voorkomen dat de levensduur van de brander
afneemt.
1
Indien gewenst kan er gloeimateriaal geplaatst worden. Trek het gloeimateriaal in losse plukken en verdeel dit over de
groen gemarkeerde stukken op de V-vormige brander (zie Afb. 8-16).
3
- Houd de ruimtes om zowel de ionisatie als de ontsteking vrij van gloeimateriaal.
- Het gloeimateriaal kan de kleur van het vlambeeld beïnvloeden.
In geval van een Eco Glow toestel is er een andere bodembedekking dan bij een toestel zonder Eco Glow.
3
- De platen rond de brander zijn voorzien van vierkante gaten, deze gaten zorgen voor luchttoevoer. Leg niet meer dan
één laag bodembedekking over deze gaten.
- Voorkom dat er bodembedekking in de sleuf voor de ruit terecht komt.
1
Voor een toestel zonder Eco Glow, gebruik alle chips in de houtset.
1
Vul de platen rondom de brander met chips, verdeel de chips gelijkmatig, houd de rood gemarkeerde stukken vrij van
chips (zie Afb. 8-17).
1
Voor een toestel met Eco Glow, gebruik de Glowing Embers, kooltjes en een gedeelte van de chips zoals aangegeven in
de houtset.
2
Plaats eerst de Glowing Embers en daarna de kooltjes. Zet bij het plaatsen de gloeiverlichting aan zodat strooilicht direct
gezien en afgedekt kan worden met de stenen en kooltjes.
1
Verdeel de Glowing Embers over de ruitjes en vierkante gaten in de plaat rondom de brander, houd de rood
gemarkeerde stukken vrij (zie Afb. 8-18).
1
Verdeel de chips over de overgebleven stukken, houd de rood gemarkeerde stukken vrij.
1
Identificeer de stammen A t/m G (zie Afb. 8-9).
2
Maak bij de identificatie gebruik van de brandvlekken op de stammen.
1
Plaats stam A op de positienokken (zie Afb. 8-19).
1
Plaats stam B parallel aan de brander op de voorste twee positienokken, de achterzijde moet gelijk liggen met de
achterste positienok.
1
Plaats stam C met de sleuf over de positiebeugel, laat het sleufje in de achterzijde in de positienok vallen.
1
Plaats stam D op de achterzijde van stam C (zie Afb. 8-20).
1
Plaats stam E met de achterzijde in de positienok en plaats de voorzijde in de groef van stam C. Er moet minimaal 1 cm
tussen de rechter staande brander en stam E blijven.
1
Plaats stam F over de linker staande brander, de stam moet volledig op de brander rusten en mag niet ondersteund
worden door de bodembedekking (zie Afb. 8-21).
1
Plaats stam G over de rechter staande brander, de stam moet volledig op de brander rusten en mag niet ondersteund
worden door de bodembedekking.
1
Voor een toestel met Eco Glow is de bodembedekking afwijkend (zie Afb. 8-22).
1
Verdeel de as, indien gewenst, over de bodembedekking, voorkom dat dit op de branders terechtkomt.
1
Plaats de ruit terug (zie paragraaf 8.3).
Ins tal lati ehandleiding
36
Advertenties
Inhoudsopgave
