ColorCue 4
6.6.4. Een scène maken (besturingsstand Single)
01) Zorg ervoor dat het apparaat in de stand Single (48 fixtures) staat. Zie 6.4. Besturingsstanden op
pagina 18-19 voor meer informatie.
02) Zet de masterfader (K) op 0 als u de scène niet live wilt uitvoeren terwijl u deze aan het maken bent.
Als u de masterfader (K) op een andere waarde zet, worden alle wijzigingen live uitgevoerd.
03) Druk op een of meer Fixtures-knoppen (01)–(48) om de fixture(s) te selecteren die u wilt besturen. De
led(s) op de knop(pen) gaat/gaan branden. Als u dezelfde kleur wilt voor alle aangesloten fixtures,
drukt u op alle Fixtures-knoppen (01)-(48). Als u verschillende kleuren wilt voor elk van de
aangesloten fixtures, selecteert u in deze stap slechts één fixture. U kunt ook meerdere fixtures
selecteren als u één kleur wilt voor meer dan één fixture. De geselecteerde fixtures worden op het
display weergegeven.
04) Verschuif de faders (01)-(48) om de lichtintensiteit van de in stap 3 geselecteerde aangesloten
fixtures aan te passen. De leds boven de faders gaan branden.
05) Zorg ervoor dat Kleurselectie is ingeschakeld. Zie 6.5.1.1. Kleurselectie op pagina 19.
06) Draai aan de knoppen (E)–(J) om de gewenste kleur te selecteren. De beschikbare kleuren zijn rood,
groen, blauw, wit, amber en UV. Door de knop rechtsom te draaien, neemt de kleurintensiteit toe.
Op het display wordt de kleurwaarde tussen 0-255 weergegeven. Als u een selectie wilt wissen, drukt
u op de knop Clear (68).
07) Als u verschillende kleuren voor verschillende fixtures wilt selecteren, drukt u nogmaals op de
Fixtures-knop(pen) (01)-(48) om de selectie te annuleren van de fixture(s) die u in stap 3 hebt
gemaakt. De led(s) op de knop(pen) gaat/gaan uit. Sla stap 7 en 8 over als u dezelfde kleur hebt
geselecteerd voor alle aangesloten fixtures.
08) Herhaal stap 3-6 om kleuren te selecteren voor de overige fixtures.
09) Schuif de masterfader (K) VAN Bank A naar 100 om de scène uit te voeren. Sla deze stap over als u
de masterfader (K) van Bank A al op 100 hebt gezet.
6.6.5. Overgangseffecten tussen scènes (besturingsstand Single)
01) Maak een scène volgens de instructies onder 6.6.4. Een scène maken op pagina 23.
02) Druk op de knop Hold (65) om de outputkleuren en -intensiteiten van de aangesloten fixtures vast te
houden. De led op de knop gaat branden.
03) Stel de outputkleuren en -intensiteiten voor de volgende scène in. De nieuwe waarden worden niet
uitgevoerd.
04) Druk nogmaals op de knop Hold (65) om de scène uit te voeren. De led op de knop gaat uit.
05) Herhaal stap 1-4 om telkens een nieuwe scène en een overgangseffect tussen de twee scènes te
maken.
Opmerking:
De overgang tussen scènes in de stand Single (48 fixtures) is zonder crossfading.
Productcode: 50706
23
Afb. 18