Procedure:
1.
Als de tafel uitgerust is met een Transportband, verplaatst u het verbindingspunt van de band weg van
het tafeloppervlak.
2.
Voer de functie Tafelblad mappen uit.
3.
Volg de instructies in de wizard.
OPMERKING:
iPC 2.1: het mechanisme om tijdens het snijden te compenseren voor de Z-hoogte (gebaseerd op
het toewijzen van het tafelblad) is uitgeschakeld wanneer uit meting van de snijonderlaag blijkt dat
deze dikker is dan 5 mm.
Dit niveau wordt normaal bereikt wanneer er bovenop een freesmat en transportband wordt
gefreesd.
Deze uitzondering werd lang geleden geïntroduceerd, nog voor er transportbanden werden
gebruikt.
Toen werden nog (MDF-)platen gebruikt als freesonderlaag. De plaat werd gefreesd om een perfect
gecompenseerde freesonderlaag te bekomen.
Aangezien deze functie niet meer wordt gebruikt en transportbanden nu de 5mm-limiet
overschrijden, compenseert iPC nu altijd op basis van de tafelbladtoewijzing.
Er is ook een registerinstelling beschikbaar om de oude werking mogelijk te maken.
10.7. Referentiepunten en Coördinatensysteem
U kunt de instellingen voor Referentiepunten aanpassen via:
Alle X- en Y-coördinaten in het Invoerbestand gebruiken het geselecteerde Referentiepunt als startpunt.
Er zijn twee gebruiksmodi beschikbaar:
•
Het Hoofdreferentiepunt gebruiken
•
Een door gebruiker gedefinieerd referentiepunt gebruiken
Positie van het Hoofdreferentiepunt
Menubalk->Bewerken->Opties...->Referentiepunten
Kongsberg XN
Gebruiksaanwijzing
53 |