Oxford® Steel range Verrijdbare liften
7. Instructies voor gebruik
1. Verstellen van het onderstel:
Het onderstel van de verrijdbare liften zijn in de
breedte verstelbaar. Het onderstel kan worden gespreid om de lift dichtbij stoelen of
rolstoelen te kunnen plaatsen. Het onderstel moet worden gesloten tijdens transport of om
door deurposten of smalle doorgangen te manoeuvreren. Om het onderstel te spreiden,
wordt de verstelhendel, aan de achterzijde van het middenstuk, naar het middenstuk toe
bewogen en dan zijwaarts van RECHTS (volledig gesloten) naar LINKS (volledig open)
bewogen. De aanpassing kan zowel met of zonder patiënt in de lift worden uitgevoerd,
maar moet altijd plaatsvinden terwijl de lift beweegt.
2. Zwenkwielen en remmen:
De lift heeft twee beremde wielen, die gebruikt kunnen
worden om te parkeren. Tijdens het tillen mogen de zwenkwielen niet worden beremd.
Alleen zo kan de lift naar het zwaartepunt van de lift bewegen. Als de wielen beremd zijn,
zwaait de patiënt naar het zwaartepunt. Dit kan als oncomfortabel aanvoelen.
3. Stuurmechaniek om in een rechte lijn te sturen (indien meegeleverd)
Een van de zwenkwielen aan de achterzijde is voorzien van een speciaal mechaniek
waardoor in een rechte lijn gestuurd kan worden. Om dit in werking te stellen, dient u de
U-vormige stang over het uiteinde van de poot te duwen. De stang hoeft niet over het
zwenkwiel geduwd te worden, het mechaniek treedt automatisch in werking wanneer u
wegrijdt.
4. Omhoog en omlaag brengen van de tilarm: De
beweging van de tilarm komt
tot stand door een krachtige elektrische actuator die door een eenvoudige handbediening
wordt bestuurd. De handbediening heeft twee knoppen met pijlen daarop, UP (omhoog) en
DOWN (omlaag). De motor stopt automatisch als de lift de grens bereikt (geldt voor beide
richtingen). De handbediening wordt in een contact gestoken dat zich aan de onderzijde
van de bedieningskast bevindt. De handbediening is voorzien van een magneet, waarmee
deze tegen het middenstuk of de tilarm 'geplakt' kan worden wanneer niet in gebruik.
5. Noodstop
De rode noodstopknop bevindt zich op de bedieningskast en wordt
geactiveerd door hem in te drukken. Hierdoor wordt alle stroomtoevoer van de lift
stopgezet. Dit kan alleen ongedaan worden gemaakt door de knop tegen de richting van
de klok te draaien en los te laten.
6. Nooddaling/ stijging.
Alle Oxford verrijdbare liften zijn uitgerust met nooddaling/ -
stijging functies op de bedieningskast. Deze bevinden zich onder de noodstopknop en
kunnen worden bediend door er een punt van een ballpoint in te steken. Hiermee kan de
patiënt omhoog of omlaag worden gebracht in het geval dat de bediening niet functioneert.
Wees voorzichtig wanneer de lift op deze manier wordt bediend, want er is geen
automatische stop van de actuator wanneer het hoogste of laagste punt wordt bereikt.
7. Noodmechaniek om de lift omlaag te brengen
: Sommige liften zijn uitgerust
met een aanvullende noodfunctie die is aangebracht op de actuator. Deze functie is
aanwezig als er een rood blok aan de onderzijde van de actuatorkruk aanwezig is. Door dit
blok omhoog te trekken, wordt de hefboom op een gecontroleerde wijze omlaag gebracht.
Dit mechaniek mag alleen worden gebruikt als er geen elektrische stroomvoorziening naar
de actuator is en de patiënt onmiddellijk omlaag gebracht moet worden. Voordat van dit
mechaniek gebruik wordt gemaakt, moet de elektrische daalfunctie worden gebruikt.
Controleer of er niet op de noodstop is gedrukt en of de accu voldoende opgeladen is. Om
dit mechaniek te kunnen gebruiken, moet voldoende neerwaartse druk op de hefboom
worden toegepast om dit te laten functioneren. Er kunnen zich omstandigheden voordoen
waarbij de verzorger of de persoon die de lift bedient, extra neerwaartse kracht moet
uitoefenen op de hefboom, om deze omlaag te laten gaan. Wees hierbij voorzichtig.
Gebruiksaanwijzing Oxford Steel range versie mei 2016 NL
Pagina 12 van 20