Opmerking:
❏ Reinig de printkop alleen als de afdrukkwaliteit afneemt, bijvoorbeeld als de afdrukken wazig
worden of als de kleuren niet kloppen of ontbreken.
❏ Gebruik eerst het hulpprogramma voor spuitkanaaltjescontrole om te controleren of de printkop
inderdaad moet worden gereinigd. Hierdoor bespaart u inkt.
❏ Wanneer de inkt bijna op is, kan de printkop wellicht niet worden gereinigd. Wanneer de inkt
moet worden vervangen, kunt u de printkop niet reinigen. U moet dan eerst de betreffende
cartridge vervangen.
Gebruik van het hulpprogramma Kop reinigen
Voer de onderstaande stappen uit om de printkop te reinigen met het hulpprogramma voor
kopreiniging.
1. Controleer of het product is ingeschakeld.
2. Controleer of er geen lampjes branden die fouten aanduiden en of het
schijvencompartiment is gesloten.
3. Open het stuurprogramma van de printer.
Zie "Het printerstuurprogramma openen" op pagina 20.
4. Klik op het tabblad Hulpprogramma en klik vervolgens op de knop Kop reinigen.
5. Volg de instructies op het scherm.
Het aan/uit-lampje
<Normaal>
knippert terwijl het product de reinigingsprocedure uitvoert.
<Verstopt>
Onderhoud van uw product
78