1. Rij het voertuig naar het midden van de rijbaan.
2. Vraag aan een passagier om de optie te selecteren en volg dan de instructies
op het scherm op om de calibratie te voltooien.
LDWS: Het systeem u waarschuwen als het ontdekt dat de snelheid van de auto
l
hoger is dan 60 km/u en als de auto is afgeweken van de bedoelde rijbaan.
FCWS: Het systeem geeft een waarschuwing als de auto langzaam beweegt en
l
te dicht bij de voor u rijdende auto komt.
Koplamp herinnering: Eenmaal ingeschakeld, zal het systeem u eraan
l
herinneren de lichten aan te zetten wanneer u rijdt in het donker.
Waarschuwing vermoeidheid bestuurder: Eenmaal ingeschakeld, zal het
l
systeem u herinneren om even te rusten na het rijden van een lange afstand
(2 uren, 3 uren of 4 uren).
Stop en ga: Na inschakelen waarschuwt het systeem u als de auto voor u optrekt
l
na langer dan 10 seconden te hebben stilgestaan.
Parkeerstand
Detectie: Als dit is ingeschakeld, gaat de dashboardcamera automatisch naar de
l
parkeerstand wanneer de beweging van de auto stopt gedurende 5 minuten.
LED-Indicator beveiliging: Schakelt de parkeerindicator in de parkeerstand in of
l
uit.
Detectiemethode: Stelt de detectiemethode (GSENSOR, BEWEGING of BEIDE)
l
16