Terug naar beginpagina
Instellingen
Bediening van
Nadat ACC op OFF is ingesteld, knippert
er een rode indicator op het toestel om
potentiële dieven te waarschuwen.
Als de functie op "ON" (standaardwaarde) is
ingesteld, knippert de beveiligingsindicator
op het voorpaneel wanneer de
contactsleutel van het voertuig op "uit" staat.
1
Raak [Security] aan op het scherm
System Menu.
Het scherm Security verschijnt.
2
Raak [ON] of [OFF] aan bij [SI].
EXT SW instellen
Instellen van de voedingsmodus met externe
schakelaar.
1
Raak [EXT SW] aan op het scherm
System Menu.
Het scherm EXT SW verschijnt.
2
Stel de verschillende opties als volgt
in.
SW1 Name/SW2 Name
Instellen van de naam van het externe
apparaat.
Output Pattern
Instellen van de uitgangsmodus van het
voedingssignaal op "Pulse" of "Level". De
standaardwaarde voor EXT SW1 is "Pulse" en
die voor EXT SW2 is "Level".
U kunt instellen dat de uitgang elke keer
wordt in- of uitgeschakeld wanneer de knop
op het scherm EXT SW wordt aangeraakt. Zie
Bediening van een extern apparaat (p.
70
70
Pulse Set
Hiermee wordt de uitgangstijd van het
pulssignaal ingesteld.
De uitgangstijd is 500 ms als "1" is ingesteld.
Deze wordt bij elke stap met 200 ms verhoogd.
Er kunnen maximaal 100 stappen worden
ingesteld.
OPMERKING
• U kunt alleen tekens invoeren nadat u de
parkeerrem hebt aangetrokken.
• "Pulse": Genereert één voedingssignaalpuls.
• [Level] Geeft doorlopend een hoog
voedingssignaal.
Geheugen instellen
De instellingen voor audioregeling, AV-
IN, navigatie, camera en audio kunnen
in het geheugen worden opgeslagen. De
opgeslagen instellingen kunnen op elk
willekeurig moment worden opgeroepen.
Zelfs wanneer de instellingen worden gewist,
bijvoorbeeld door vervanging van de accu,
kunt u ze herstellen.
1
Raak [SETUP Memory] aan op het
scherm System Menu.
Het scherm SETUP Memory verschijnt.
2
Volg de instructies op het scherm op.
[Lock]/[Unlock]*
77).
Vergrendelt de instellingen voor AV-IN,
Navigatie en Audio resp. heft de vergrendeling
op.