Gebruikershandleiding van de Koepel netwerksnelheid E-serie
3.
Schakel het selectievakje naast Enable IEEE 802.1X in om dit in te schakelen.
4.
Configureer de 802.1X-instellingen, waaronder de gebruikersnaam en het wachtwoord.
De EAP-MD5-versie moet identiek zijn aan die van de schakelaar.
5.
Klik op
De camera wordt opnieuw opgestart zodra u de instellingen hebt opgeslagen.
6.
Na de configuratie, verbindt u de camera met het beschermde netwerk.
Integratieprotocol
Doel:
Als u de camera moet aanspreken via het platform van een derde, kunt u de Hikvision-CGI-functie
inschakelen. En als u het apparaat moet aanspreken via het ONVIF-protocol, kunt u de
ONVIF-gebruiker in deze interface configureren. Raadpleeg de ONVIF-standaard voor
gedetailleerde configuratieregels.
Stappen:
1. Open de configuratie-interface Integration Protocol.
Configuration > Network > Advanced Settings > Integration Protocol
2. Schakel de CGI-functie in.
Vink het vakje Enable Hikvision-CGI aan en selecteer de authenticatie in de vervolgkeuzelijst.
Opmerking:
Digest is de aanbevolen authenticatiemethode.
© Hikvision
om de instellingen te voltooien.
Afbeelding 6–19 Instellingen Integratieprotocol
83