Uw vingerafdrukken koppelen aan UEFI BIOS-wachtwoorden
U kunt uw vingerafdrukken koppelen aan het systeemwachtwoord en het NVMe-wachtwoord. Zie 'Uw
vingerafdrukken aan wachtwoorden koppelen (voor bepaalde modellen)' op pagina 35.
Onderhoudstips:
• Maak geen krassen op het oppervlak van de lezer met een hard voorwerp.
• Gebruik de lezer niet of raak deze niet aan met een natte, vuile, gerimpelde of gewonde vinger.
Aanmelden met uw gezichts-ID (voor bepaalde modellen)
Voor modellen die zijn uitgerust met een privacyschuif voor webcam schuift u deze voor de cameralens weg
voordat u de Windows Hello-gezichtsherkenning gebruikt.
Maak uw gezichts-ID en ontgrendel uw computer door uw gezicht te scannen:
1. Typ Sign-in options in het zoekvak van Windows en druk daarna op Enter.
2. Selecteer de face ID instelling en volg de aanwijzingen op het scherm om uw face ID aan te maken.
Bescherm uw privacy (voor bepaalde modellen)
Het ePrivacy-scherm gebruiken
Uw computer wordt mogelijk geleverd met een ePrivacy-scherm. Hiermee kan de zichtbaarheid van het
scherm vanaf de zijkanten worden verminderd om de scherminhoud tegen meekijken te beschermen. Deze
functie is standaard uitgeschakeld. U kunt op F12 of Fn+D drukken om de functie in te schakelen. Telkens
wanneer u de functie inschakelt of uitschakelt, wordt u gevraagd met het pictogram op het scherm of u
wilt gebruiken.
Uw ePrivacy-scherm kan automatisch worden ingeschakeld voor het geval u wachtwoorden moet invoeren.
Deze automatische functie voor wachtwoorden is standaard uitgeschakeld. U kunt deze inschakelen in de
Vantage-app.
Het privacyniveau instellen
Het privacyniveau van deze functie is afhankelijk van de helderheid van het scherm, de contrastverhouding
en de fysieke omgeving waarin u deze functie gebruikt.
• Druk op
om het privacyniveau te verhogen.
• Druk op
om het privacyniveau te verlagen.
Gegevens beschermen tegen stroomuitval (voor bepaalde modellen)
Het NVMe M.2 SSD-station (Non-Volatile Memory express) is uitgerust met de unieke functie PLP (Power
Loss Protection) van Lenovo om gegevensverlies of schade te voorkomen. Als uw computer niet meer
reageert en u mogelijk de computer moet afsluiten, houdt u de aan/uit-knop een aantal seconden ingedrukt.
In dat geval zorgt de PLP-functie ervoor dat gegevens van uw computer tijdig worden opgeslagen. Er is
echter geen garantie dat alle gegevens in elke situatie worden opgeslagen. Het type van uw M.2 SSD-station
controleren:
1. Start de computer opnieuw op. Wanneer het logoscherm wordt weergegeven, drukt u op F10 om het
Lenovo-diagnosescherm weer te geven.
32
ThinkPad L13 Gen 3, ThinkPad L13 Yoga Gen 3, ThinkPad S2 Gen 7 en ThinkPad S2 Yoga Gen 7 Gebruikershandleiding
of