Het plaatsen en aansluiten van de droogautomaat
Het stellen van de droogautomaat
De droogautomaat moet waterpas
staan zodat een optimale werking ge-
waarborgd is.
^ Door aan de stelvoeten te draaien
kunt u de hoogteverschillen in de
vloer compenseren en de droogauto-
maat waterpas stellen.
,
De luchtopeningen aan de voor-
kant en achterkant van het apparaat
mogen in geen geval worden afge-
dekt.
Gebeurt dat wel, dan kan de con-
densor niet voldoende worden ge-
koeld.
Het ventileren van het vertrek waar
de droger is geplaatst
De lucht die voor het drogen wordt
gebruikt wordt aan de voorkant weg-
geblazen en verwarmt de lucht in het
vertrek.
Zorg daarom vooral in kleine ruimten
voor een goede ventilatie, bij voor-
beeld door een raam open te zetten.
Doet u dat niet, duren de droogpro-
gramma's langer en wordt er meer
energie verbruikt dan nodig is.
Wanneer het apparaat later nog eens
wordt getransporteerd (bijv. bij een
verhuizing)
houd er dan rekening mee dat er zich
na iedere droogbeurt een geringe hoe-
veelheid condenswater in de nabijheid
van de pomp bevindt. Dit kan er uitlo-
pen wanneer het apparaat schuin wordt
gehouden.
Daarom raden wij u aan om al vóór het
transporteren het programma "Koude
lucht" te starten en ca. 1 minuut te laten
draaien. De resten condenswater wor-
den dan in het reservoir of via de af-
voerslang weggepompt.
43