OR
( ZIE SECTIE 4.1 )
OPNIEUW ACTIVEREN VAN SIRENES ALLEEN
BIJ BRANDALARM (WERKT NIET VOOR
EVACUATIE)
v0303
Bedieningshandleiding NF3000-reeks
4.3 Start / Stop Sirenes
STILTE
12
De term "stilte" die in deze handleiding wordt
gebruikt, beschrijft een tijdelijke toestand van
de centrale, telkens wanneer de toets START/
STOP SIRENES is ingedrukt om de sirenes
uit te schakelen. Wanneer de centrale in deze
toestand staat, zal een nieuw brandalarm, of
het activeren van de druktoets EVACUATIE alle
hiervoor uitgeschakelde sirenes opnieuw
activeren.
Om alle sirenevertragingen en alle sirene-
uitgangen die geactiveerd zijn ten gevolge van
een BRAND-alarm of een EVACUATIE operatie
te annuleren:
1 Druk op de toets START/STOP SIRENES.
De volgende acties worden hierdoor niet
uitgeschakeld:
a. De interne BRAND-zoemer (behalve in
het geval zoals hieronder gedetailleerd
staat beschreven)
b. Alle stuurmodules die zo werden
geprogrammeerd dat ze niet door de
toets START/STOP SIRENES te
deactiveren zijn.
2 Druk op de toets START/STOP SIRENES
om de sirenes opnieuw te activeren volgens
hetzelfde patroon zoals deze voordien
werkten.
Opmerking: De START/STOP SIRENES
toets werkt alleen als op de centrale een
brandalarm aanwezig is, en is niet te
gebruiken als EVACUATIE toets in de
toestand status normaal van de centrale.
Opmerking: Wanneer de sirenes opnieuw
worden gestart, keert de brandzoemer
ook terug naar de continue toon,
waardoor u de toets STOP ZOEMER
eventueel opnieuw moet indrukken.
In het uitzonderlijke geval van een
'Systeemstoring 40 – Bewaking hoofd-CPU
actief' moet de START/STOP SIRENES toets
worden ingedrukt, gevolgd door de STOP
ZOEMER toets.