Foto's kopiëren
1
Plaats fotopapier in de printer.
2
Plaats de foto met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
3
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
4
Druk op
tot Foto opnieuw afdrukken wordt weergegeven.
5
Druk op de pijltoetsen om naar Ja te bladeren en druk op
6
Druk op de pijltoetsen om het gewenste fotoformaat te selecteren en druk op
7
Druk op
.
Opmerking: voor de beste resultaten laat u de afdrukken ten minste 24 uur drogen voordat u ze op elkaar stapelt,
laat zien of opbergt.
Afbeeldingen vergroten of verkleinen
1
Plaats papier in de printer.
2
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
3
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
4
Druk op
tot Formaat wijzigen wordt weergegeven.
5
Druk op de pijltoetsen totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
Opmerkingen:
•
Als u Aangepast % hebt geselecteerd, drukt u op
percentage in te stellen. Druk op
•
Als u Zonder rand selecteert, verkleint of vergroot de printer het document of de foto om een kopie zonder
rand af te drukken op het papierformaat dat u hebt geselecteerd. Gebruik fotopapier voor de beste resultaten
met deze instelling voor Formaat wijzigen en stel de papiersoort in op Foto of stel de papiersoort automatisch
vast met de printer.
6
Druk op
.
Opmerking: Druk op
Formaat wijzigen wordt ook weer ingesteld op 100% als de printer twee minuten niet wordt gebruikt.
Kopieerkwaliteit aanpassen
1
Plaats papier in de printer.
2
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde omhoog in de ADI of met de bedrukte zijde omlaag op de
glasplaat.
3
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
4
Druk op
tot Kwaliteit wordt weergegeven.
om de instelling op te slaan.
om de standaardinstelling te herstellen nadat de afdruktaak is voltooid. De instelling voor
.
.
.
en vervolgens op de pijltoetsen om het gewenste
.
Kopiëren
53
.