6. Systeemconfiguratie
B.4 Gebruikercodes programmeren
Met het PowerMaster systeem kunt u tot 8 (PowerMaster-10 G2) / 48 (PowerMaster-30 G2 / PowerMaster-33 G2)
mensen autoriseren om het systeem in en uit te schakelen door ze elk te voorzien van een unieke, persoonlijke
beveiligingscode van 4 cijfers (code 0000 is niet toegelaten) en ze elk een ander beveiligingsniveau en functie toe te
wijzen. Daarnaast kunt u tot 8 (PowerMaster-10 G2) / 32 (PowerMaster-30 G2 / PowerMaster-33 G2) multifunctionele
draagbare keyfobs verkrijgen, waarmee u en andere gebruikers het systeem ook zonder de KP-250 PG2 of de centrale
eenvoudig kunnen inschakelen, ook buiten het pand (zie sectie B.7 Keyfob zenders toevoegen/verwijderen). Met de
dwangcode kunt u het systeem uitschakelen met een speciale code die een alarm naar de meldkamer stuurt.
Er zijn twee soorten gebruikers: Hoofdgebruiker en Gebruiker. Onderstaande tabel vat de diverse bewerkingen die door
verschillende gebruikers kunnen worden uitgevoerd, samen:
Gebruikerstype
Hoofdgebruiker
Gebruiker
De gebruikercodes worden als volgt toegewezen:
Gebruikercode 1 wordt toegewezen aan de hoofdgebruiker van het systeem (d.w.z. de eigenaar). Het is de enige
gebruikercode die toegang geeft tot het menu Gebruikeropties. De standaard instelling van de hoofdgebruikercode 1 is
1111. Deze code kan niet worden gewist en dient zo snel mogelijk te worden vervangen door een geheime code.
Gebruikercodes 2-4 (PowerMaster-10 G2) / gebruikercodes 2-22 en 33-48 (PowerMaster-30 G2 / PowerMaster-33
G2) worden toegewezen aan familieleden, collega's, enz. Zij kunnen het systeem of bepaalde partities in- en
uitschakelen zoals gedefinieerd door de hoofdgebruiker. Zij hebben toegang tot het menu "Gebruikersinstelling" voor
alleen "zone overbrugging", indien deze optie in het installatiemenu ingeschakeld is.
Gebruikercodes 5-8 (PowerMaster-10 G2) / gebruikercodes 23-32 (PowerMaster-30 G2 / PowerMaster-33 G2) zijn
gelijk aan de gebruikercodes 2-4 (PowerMaster-10 G2) / 2-22 (PowerMaster-30 G2 / PowerMaster-33 G2) maar kunnen
aan "kindzender" gebruikers worden toegewezen. Voor een gedetailleerde verklaring van de kindzendertoepassing, zie
Hoofdstuk 3.
26
Functie
IN-/UITSCHAKEL.
Zone overbruggen
Andere gebruikercodes autoriseren
Gebruikercodes instellen
Melden aan privé
Inleren/Verwijderen prox-tag
Inleren/Verwijderen keyfob
Automatisch inschakelen
Squawk inschakelen
Datum en tijd formaat instellen
Event logboek lezen
De dwangcode programmeren
De schakelklok programmeren
Stem optie aan/uitzetten
Volume aanpassen
IN-/UITSCHAKEL.
Zone overbrugging opties
D-305380 KP-250 PG2 Gebruikershandleiding