SC-F7200 Series/SC-F7100 Series/SC-F7000 Series Gebruikershandleiding
C
Beweeg het roerstaafje binnen een seconde naar
boven en beneden, herhaal dit zo'n 15 keer.
Raak bij het bewegen van het roerstaafje het
inktkapje op de lip van de inkttank aan en til
het kapje op tot u de haak van het roerstaafje
kunt zien.
c
Belangrijk:
Beweeg het roerstaafje langzaam. Als het te
snel wordt bewogen, kan de inkt spetteren.
D
Plaats het kapje terug op de inkttank.
c
Belangrijk:
Druk het inktklepje stevig naar beneden
zodat het niet loskomt. Als de schuifknop in
contact komt met het inktkapje bij het naar
buiten trekken, kan het kapje beschadigd
raken.
Onderhoud
E
Sluit het inktklepje.
Controleren of er
spuitkanaaltjes verstopt zijn
Wij raden u aan bij elke afdruk te controleren of de
spuitkanaaltjes niet verstopt zijn. Zo zorgt u voor een
goed afdrukresultaat.
Manieren om te controleren op verstopping
Er zijn twee manieren om te controleren op
verstopping.
❏ Sp.Kan.Patr. Afdrukken
Met een bepaald interval drukt de printer een
proefpatroon af bij het begin van een normale
afdruktaak. Na afloop van de afdruk kunt u het
patroon zelf bekijken en bepalen of bepaalde
kleuren niet of niet goed zijn afgedrukt in de
vorige of volgende afdruk.
"Het menu Printerinstelling" op pagina 123
U
❏ Spuitkanaaltjespatroon naar behoefte
Spuitkanaaltjespatronen kunnen naar behoefte
worden afgedrukt en geïnspecteerd om na te gaan
of de spuitkanaaltjes verstopt zijn.
Afhankelijk van de breedte van het geplaatste
afdrukmateriaal, kunt u de hoeveelheid
afdrukmateriaal beperken, door patronen naast elkaar
in de marges van een afgedrukt patroon af te drukken.
106