Installatie handleiding
aangezogen. Deze bestanddelen kunnen zich
op koude oppervlakten als roet afzetten.
Stook daarom de haard niet kort na een
verbouwing.
Stook de haard de eerste keer enige uren op
de hoogste stand, zodat lak de kans krijgt om
uit te harden. Zorg voor voldoende ventilatie,
zodat eventuele vrijkomende dampen
worden afgevoerd.
Wij adviseren om zo weinig mogelijk in de
ruimte aanwezig te zijn tijdens dit proces.
Let op:
1.
alle transportverpakkingen verwijderd
zijn.
2.
kinderen en huisdieren niet in de
ruimte aanwezig zijn.
Installatie-eisen
3.1
Toestel
Dit toestel moet worden geïnstalleerd in
een chloorvrije omgeving.
Dit toestel moet worden ingebouwd in
een bestaande of nieuw te bouwen
boezem.
3.2
Boezem
De boezem moet van onbrandbaar
materiaal zijn opgebouwd.
De ruimte boven de haard dient altijd
geventileerd te worden m.b.v. de roosters
of een vergelijkbaar alternatief met een
minimale vrije doorlaat van 200cm² per
rooster
Laat minimaal 5cm vrije ruimte aan de
achterzijde van het toestel.
De boezemconstructie mag niet rusten op
het inbouwframe van de haard.
Gebruik voor de afwerking speciale
sierpleister (min. 100°C bestendig) of
glasvezelbehang om verkleuring en
scheurtjes e.d. te voorkomen, minimale
droogtijd 24 uur per mm aangebrachte
afwerklaag.
3.3
Eisen afvoer en uitmondingen
Voor de aan- en afvoer moet u altijd
gebruik maken van de door Faber
voorgeschreven afvoermaterialen. Alleen
met gebruik van deze materialen kan door
Faber een goede werking worden
gegarandeerd.
5 <
<
<
<
De buitenkant van het concentrische
afvoermateriaal kan +/- 150°C worden.
Zorg bij doorvoer door brandbare wand of
plafond constructies voor isolatie en
bescherming. En neem voldoende afstand
in acht.
Zorg ervoor dat bij grote afvoerlengtes het
concentrische afvoermateriaal elke 2
meter gebeugeld wordt, zodat het
gewicht van het materiaal niet op de
haard komt te rusten.
Direct op het toestel mag je nooit met een
inkortbaar concentrisch afvoermateriaal
beginnen.
3.4
Uitmondingen
De gecombineerde aan- en afvoer kunnen zowel
door de gevel als door het dak uitmonden.
Controleer of de door u gewenste uitmonding
voldoet aan de lokale voorschriften aangaande
hinder en ventilatieopeningen.
Let op:
Voor de goede werking dient de uitmonding ten
minste 0,5m verwijderd te zijn van:
Hoeken van het gebouw.
Dakoverstekken en balkons.
Dakranden. (met uitzondering van de
nokrand, zie hoofdstuk 15).
3.5
Bestaande schoorsteen
U kunt de haard ook aansluiten op een bestaande
schoorsteen. De bestaande schoorsteen
functioneert dan als luchttoevoer en een door de
schoorsteen getrokken flexibele RVS buis voert de
rookgassen af.
De flexibele RVS buis van Ø 100mm moet een CE
keurmerk hebben tot 600°C.
De schoorsteen moet dan aan de volgende
voorwaarden voldoen:
De doorlaat van het schoorsteen kanaal
moet minimaal 150 x 150mm zijn.
Er mag niet meer dan één toestel op een
schoorsteen aangesloten worden
De schoorsteen moet in goede staat zijn:
o
Geen lekkage en
o
Goed gereinigd zijn
Voor meer informatie over de aansluitingen op
bestaande schoorsteenkanalen,
Zie de handleiding "schoorsteenaansluitset"