NL
8.2.5
Type pompschakeling voor verwarmingsbedrijf
(servicefunctie 1.E)
Bij het aansluiten van een weersafhankelijke
regeling, wordt automatisch op pompscha-
keling 3 omgeschakeld.
Verschillende pompschakelingen:
• Schakeltype 1
voor verwarmingsinstallaties zonder externe regeling .
De temperatuurregelaar voor verwarmingsaanvoer
schakelt de verwarmingspomp. Bij warmtebehoefte
loopt de pomp met de brander aan. De pomp wordt
door de aanvoertemperatuurregelaar geschakeld.
• Schakeltype 2 (basisinstelling) voor verwarmingsin-
stallaties met ruimtetemperatuurregelaar. De pomp
draait 3 minuten na.
• Schakeltype 3 voor verwarmingsinstallaties met
Weerafhankelijke regelaar.
De regelaar schakelt de pomp. Bij zomerbedrijf draait
de verwarmingspomp alleen bij warmwatervoorzie-
ning.
8.2.6
Maximale aanvoertemperatuur instellen (servi-
cefunctie 2.b)
De aanvoertemperatuur kan tussen 45 °C en 82 °C wor-
den ingesteld.
De basisinstelling is 82.
8.2.7
Antipendelprogramma (servicefunctie 3.b)
Bij aansluiting van een weersgestuurde ver-
warmingsregelaar is geen instelling op het
toestel nodig.
De verwarmingsregelaar optimaliseert het
antipendelprogramma.
Op het schakelpaneel kan het antipendelprogramma in-
dividueel tussen 0 en 15 minuten ingesteld worden (De
fabriekafstelling is 3 minuten).
Bij 0 is het antipendelprogramma uitgeschakeld.
De kortste schakelafstand bedraagt 1 minuut (geadvi-
seerd bij eenpijp- en luchtverwarmingssystemen).
Copyright (optional information)
8.2.8
Schakelverschil (servicefunctie 3.C)
Bij aansluiting van een weersgestuurde ver-
warmingsregelaar is geen instelling op het
toestel nodig.
De verwarmingsregelaar verzorgt deze in-
stelling.
Het schakelverschil is de toegestane afwijking van de ge-
wenste aanvoertemperatuur. Deze kan in stappen van
1 K worden ingesteld. De minimale aanvoertemperatuur
is 40 °C.
Het schakelverschil kan van 0 tot 30 K worden ingesteld.
De basisinstelling is 10 K.
8.2.9
Gebruik van het kanaal bij een 1-kanaals scha-
kelklok veranderen (servicefunctie 5.C)
Met deze servicefunctie kunt u het gebruik van het ka-
naal veranderen van verwarming naar warm water.
Verschillende pompschakelingen:
• 0: 2-kanaals (verwarming en warm water)
• 1: 1-kanaals verwarming
• 2: 1-kanaals warm water
De basisinstelling is 0.
8.2.10 Vertraging warm watervraag (servicefunctie
9.E)
Door spontane drukverandering in de watertoevoer kan
de doorstroommeter (turbine) een warmwaterafname
signaleren. Daardoor treedte de brander kort in werking,
hoewel er geen water wordt afgenomen. Het instelbereik
van de vertraging ligt tussen 0,5 en 3 seconden. De aan-
gegeven waarde (2 tot 12) geeft de vertraging in stappen
van 0,25 seconde aan (Fabrieksinstelling: 1 seconde,
indicatie = 4) .
Een grotere vertraging heeft een nadelige in-
vloed op het warmwatercomfort.
Individuele instelling | 47
6 720 613 184 (2012/03)