10
Onderhoudsmonitorfunctie
Deze functie dient om de storingscontrolemodus op te roepen met de afstandsbediening tijdens een werkingstest
om de temperaturen te zien van de sensoren van de afstandsbediening, binnenunit en buitenunit.
1
Druk tegelijkertijd minstens 4 seconden op de toetsen
te roepen.
De servicecontrolemelding licht op en het nummer van de hoofdbinnenunit wordt als eerste weergegeven.
"CODE No." [
2
Kies met behulp van de
volgende tabel.)
3
Druk op
sensortemperaturen van de binnenunits en hun buitenunit in de bedieningsgroep worden
weergegeven.
4
Druk op de
Raadpleeg de installatiehandleiding van de airconditioner voor de inhoud van de DN-code die wordt weergegeven.
25-NL
2
4
] wordt ook weergegeven.
-toetsen het "CODE No." van de sensor om te controleren. (Zie de
(linkerzijde van de toets) om de te controleren binnenunit te kiezen. De
-toets om terug te gaan naar de normale weergave.
1
3
en
om de storingscontrolemodus op
Handleiding