Inhoudsopgave
Advertenties
Active Braille 2021
De werking van Active Braille
Met [SPC + 2 3 7] of {Alt+Shift+Tab} kunt u in omgekeerde volgorde tussen bestanden
schakelen. Dit is ook mogelijk na het sluiten van een bestand wanneer het scherm 'Aktueel
bestand: ' verschijnt.
Opmerking: Een bestand kan alleen naar de PC worden overgebracht als het niet in de
editor geopend is! Het moet eerst worden gesloten of opgeslagen voordat het wordt
overgedragen.
5.2.18 De editor opschorten (SPC + 1 2 3 4 5 6)
U kunt de editor tijdelijk onderbreken met [SPC + 1 2 3 4 5 6], bijvoorbeeld om menu-
instellingen te wijzigen, de batterijstatus of andere omstandigheden te controleren, of om
een bestand te wissen. Wanneer u de editor onderbreekt, komt u automatisch in het
hoofdmenu waar alle menufuncties beschikbaar zijn. U kunt zelfs overschakelen naar PC-
mode. Op de eerste cijfers van de brailledisplay ziet u het symbool '-E-' Het is er om u eraan
te herinneren dat de editor nog geopend is. Het is zeker irritant dat elk menu-item pas na dit
symbool wordt weergegeven, maar dat is nu juist de bedoeling. Het zou erg vervelend voor
u zijn als u per ongeluk uw gegevens zou kwijtraken omdat u vergat dat de editor nog open
was en uw bestanden niet waren opgeslagen, en Active Braille uitschakelde.
Om terug te keren naar de editor, voert u opnieuw [SPC + 1 2 3 4 5 6] in. Let er echter op
dat u alleen vanuit het hoofdmenu naar de editor kunt terugkeren.
ATTENTIE.
Er mag geen bestandsoverdracht plaatsvinden terwijl de editor geopend of opgeschort is.
In actieve of geschorste toestand gebruikt de editor een geheugengebied dat nodig is om
de gegevens te verwerken wanneer de gegevensoverdracht actief is. Ook leidt de
overdracht van bepaalde bestanden tot een herstart van Active Braille. Geopende
bestanden kunnen dan niet worden opgeslagen en alle wijzigingen gaan verloren.
5.2.19 Opslaan van bestanden (SPC + 2 3 4 = Akkoord s)
Om een bestand op te slaan zonder af te sluiten, toetst u [SPC + 2 3 4] (Akkoord s).
Vervolgens verschijnt 'Bestand Opslaan: ' gevolgd door de bestandsnaam. Als u het
bestand in de editor heeft geladen, is dit de naam van het geladen bestand. Als u het op te
slaan bestand pas hebt aangemaakt, verschijnt hier de vooraf ingestelde bestandsnaam.
De standaard bestandsnaam bestaat meestal uit de eerste paar woorden van de eerste
regel. Het mag maximaal 20 tekens lang zijn. Als de editor geen bestandsnaam kan
genereren, suggereert hij "naamloos".
Als u nu op [TRM] drukt, wordt het bestand opgeslagen. U hebt echter ook de mogelijkheid
om de opgegeven bestandsnaam gedeeltelijk of volledig te overschrijven om het bestand
onder een andere naam op te slaan. Als u dit doet, let dan op het volgende:
• Alle wijzigingen die na het opslaan worden aangebracht, gelden voor het bestand
waarvan u de naam bij het opslaan hebt opgegeven. Zodra u dus een bestand "Text1.txt"
opslaat onder de naam "Text2.txt", werkt u na het opslaan verder in "Text2.txt". Als u
alleen een bepaalde toestand van het bestand wilt opslaan, moet u te werk gaan zoals
hieronder beschreven.
• Als u de naam van het bestand ongewijzigd laat, of een naam opgeeft die niet bestaat,
wordt het bestand zonder verdere vragen opgeslagen nadat u op [TRM] hebt gedrukt.
• Als u de naam invoert van een bestand dat al bestaat, wordt de volgende query gemaakt:
'Bestand x bestaat al, overschrijven (j/n)?'.
Pagina 71
Advertenties
Inhoudsopgave
