INPUT menu
Onderdeel
COMPUTER-IN
STILZETTEN
(vervolgd op volgende pagina)
42
Het computerinvoersignaal voor de COMPUTER IN1- en IN2-
poorten kan worden ingesteld.
(1) Gebruik de ▲/▼ knoppen om de in te stellen COMPUTER IN
poort te selecteren.
(2) Gebruik de ◄/► knoppen
om het type computer-
ingangssignaal te selecteren.
(COMPUTER IN1)
AUTO ó SYNC OP G SCHAKEL UIT
(COMPUTER IN2)
AUTO ó SYNC OP G SCHAKEL UIT ó MONITOR UITGANG
• Door de AUTO modus te selecteren, kunt u een sync op het
G-signaal of component videosignaal van de poort invoeren
(13).
• In de AUTO modus kan het beeld vervormd zijn bij sommige
invoersignalen. Verwijder in een dergelijk geval de signaalconnector
zodat er geen signaal wordt ontvangen en selecteer SYNC OP G
SCHAKEL UIT, en verbind dan opnieuw het signaal.
Schakel de framevergrendelingsfunctie in/uit voor elke poort.
(1) Gebruik de ▲/▼ knoppen om de invoerpoort te selecteren.
(2) Gebruik de ◄/► knoppen om de
framevergrendlelingsfunctie
in/uit te schakelen.
SCHAKEL IN ó SCHAKEL UIT
• Deze functie wordt alleen uitgevoerd op een signaal met een
verticale frequentie van 49 tot 51 Hz, 59 tot 61 Hz.
• Wanneer SCHAKEL IN is geselecteerd, worden bewegende
beelden vloeiender weergegeven.
• Deze functie is niet beschikbaar voor HDMI (van 480i@60 of
576i@50 of 1080i@50/60).
Beschrijving