Instellingen verwarmingstechnicus
Adaptatie verwarmingscurven
Adaptatie verwarmingscurven
Omschrijving
De adaptatie gebruikt informatie van
de verwarmingsomstandigheden en
past de regeling periodiek aan de
verwarmingskring aan.
De verwarmingscurve past zich
automatisch aan, deze moet niet
manueel worden ingesteld.
Effect
Door de instelling wordt de
automatische adaptatie van de
verwarmingscurve aan- of
uitgeschakeld.
Bij het kiezen van optie:
Niet-actief:
Geen adaptatie:
-
De verwarmingscurve
blijft ongewijzigd.
Actief:
Automatische adaptatie:
-
De verwarmingscurve wordt
automatisch aangepast wanneer
op het activiteitsniveau
"Nominale instelwaarde ruimte-
temperatuur" verwarmd wordt.
Belangrijke informatie
De adaptatie werkt enkel indien de
invloed van de ruimtetemperatuur
op lijn 75 is ingesteld.
Diagram
Voorbeeld bij een nominale instelwaarde van de ruimtetemperatuur van 20°C.
f
1
0,5
0
20
12
ZAF1
f
Factor
f1
Factor parallelle verschuiving
f2
Factor voor inclinatie
Lijn 77
1.
Selecteer met de lijntoetsen lijn 77.
2.
Kies met de plus-/mintoetsen de soort adaptatie van de
verwarmingskarakteristieken.
Opties
Niet-actief, Actief
Adaptatie
Door de adaptatie wordt de
verwarmingscurve automatisch
aangepast aan het gebouw en de
vereisten. Bij de adaptatie wordt
rekening gehouden met afwijkingen
van de ruimtetemperatuur, het gedrag
van de ruimtetemperatuur en de
adaptatiegevoeligheid.
Belangrijke informatie
Voor een optimale adaptatie mogen
volgende situaties zich – met name na
de indienststelling – zo weinig
mogelijk voordoen, aangezien anders
de berekening van de adaptatie
gedeeltelijk moet worden overgedaan:
-
Manuele correctie van de
verwarmingscurve
-
Spanningsonderbreking
-
Wijziging van de instelwaarde
voor de ruimtetemperatuur
f
2
f
1
4
-4
ZAF2
TAged Berekende
buitentemperatuur
ZAF1
Adaptatiegevoeligheid 1
ZAF2
Adaptatiegevoeligheid 2
Eenheid
-
-12
TA
ged
Standaard
Niet-actief
Proces
Om middernacht wordt telkens de
standaardafwijking van de ruimte-
temperatuur van de voorbije dag
weggewerkt. Hierdoor wordt de
verwarmingscurve automatisch
gecorrigeerd.
-
Enkelvoudige adaptatie (zone
Bij een berekende buiten-
temperatuur van minder dan 4°C
wordt enkel de inclinatie van de
verwarmingscurve aangepast.
In deze temperatuurszone wordt
de correctie gewogen met
factor f2 en een adaptatie-
gevoeligheid 2.
-
Gecombineerde adaptatie
2
(zone
)
Bij een berekende buiten-
temperatuur tussen 4...12°C
wordt gedeeltelijk de helling en
gedeeltelijk de parallelle
verschuiving aangepast. In deze
temperatuurszone wordt de
correctie van de parallelle
verschuiving gewogen met
factor f1 en een adaptatie-
gevoeligheid 1.
In deze temperatuurszone wordt
de correctie van de inclinatie
gewogen met factor f2 en een
adaptatiegevoeligheid 2.
-
Geen adaptatie (zone
Bij een berekende buiten-
temperatuur van meer dan 12°C
wordt de verwarmingscurve niet
aangepast.
3
)
1
)
33