Inhoudsopgave
Advertenties
6
Richting lamel
OPMERKING
U kunt de prestaties van Koelen / Verwarmen
verbeteren door de hoek van de lamel voor de
verschillende standen te wijzigen.
De eigenschappen van lucht: Koele lucht daalt, en
warme lucht stijgt.
VOORZICHTIG
Richt de lamel horizontaal tijdens Koelen
Is de lamel voor het koelen omlaag is gericht, kan er
zich condens op het oppervlak van de luchtuitlaat of de
lamel vormen, die naar beneden druppelt.
OPMERKING
• Is de lamel voor het koelen horizontaal gericht, kan
er zich condens op het oppervlak van de luchtuitlaat
of de lamel vormen, die naar beneden druppelt.
• Is de lamel voor het verwarmen horizontaal gericht,
zal het vertrek misschien niet gelijkmatig worden
verwarmd.
• Raak de lamel niet met uw handen aan.
• Dat zou een storing kunnen veroorzaken.
• Pas de hoek aan met behulp van de
afstandsbediening.
De richting van de lamel en de
functie Automatisch zwenken
instellen
1
Duw enkele malen op de knop Menu en selecteer
de stand Windrichting zodat de indicator van deze
stand knippert.
Duw vervolgens enkele malen op de instelknop
zodat de richting van de lamel verschijnt, zoals
wordt getoond in onderstaande afbeelding.
• Drukt u 30 seconden lang niet op een knop, dan
eindigt de stand Windrichting.
Voor verwarmen
De lamel kan in zes stappen worden afgesteld.
Richt de lamel naar beneden. Als de lamel niet
naar beneden is gericht, zal de warme lucht
misschien niet de vloer bereiken.
Begin
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
21-NL
Bedrijfsstand
Beschikbare richtingen
HEAT, FAN
(1
)(2
)(3
Voor koelen
De lamel kan in vier stappen worden afgesteld.
Richt de lamel horizontaal. Is de lamel omlaag is
gericht, dan kan er zich condens op het oppervlak
van de luchtuitlaat, die naar beneden druppelt.
Begin
(1)
(2)
(3)
(4)
Zwenken
Bedrijfsstand
Beschikbare richtingen
COOL, DRY,
(1)
(2)
Voor ventileren
De lamel kan in zes stappen worden afgesteld.
Selecteer een windrichting.
■
Automatisch zwenken
De indicator SWING
wordt weergegeven en de
lamel begint heen en weer te bewegen.
Herhalen
(6)
Zwenken
– 11 –
■
Type 4-weg Cassette
Bij Koelen
Richt de lamel horizontaal.
)(4
)(5
)(6)
Bij Verwarmen
Richt de lamel naar beneden.
(3)
(4)
• De lamel sluit zichzelf wanneer de unit wordt
uitgeschakeld.
• In de stand Voorverwarmen wijst de lamel omhoog.
De indicator Swing (Zwenken) verschijnt op de
afstandsbediening, ook in de stand Voorverwarmen,
maar de lamel gaat pas zwenken wanneer het
voorverwarmen is voltooid.
■
Type 2-weg Cassette
Bij Koelen
Richt de lamel horizontaal zodat koele lucht door het
gehele vertrek wordt gestuurd.
Bij Verwarmen
Richt de lamel naar beneden zodat verwarmde lucht
naar de vloer wordt gestuurd.
■
Type 1-weg Cassette
(serie SH)
Bij Koelen
Richt de lamel horizontaal zodat koele lucht door het
gehele vertrek wordt gestuurd.
Bij Verwarmen
Richt de lamel naar beneden zodat verwarmde lucht
naar de vloer wordt gestuurd.
• De lamel sluit zichzelf wanneer de unit wordt
uitgeschakeld.
• In de stand Voorverwarmen wijst de lamel omhoog.
De indicator Swing (Zwenken) verschijnt op de
afstandsbediening, ook in de stand Voorverwarmen,
maar de lamel gaat pas zwenken wanneer het
voorverwarmen is voltooid.
22-NL
Advertenties
Inhoudsopgave
