nl Bakoven
Bakoven
9 Bakoven
Uw apparaat beschikt over een bakoven.
9.1 Verwarmingsmethoden in bakovenmodus
In de bakovenmodus kunt u verschillende verwarmingsmethoden instellen.
Symbolen
Functie/verwar-
mingsmethode
Hete lucht
Grill + luchtcirculatie
Drogen
Bereiden bij lage
temperatuur
Rijzen
Warmhouden
20
Temperatuur / Instel-
ling
30-230°C
Voorgestelde tempe-
ratuur 180°C
30-230°C
Voorgestelde tempe-
ratuur 180°C
30-80°C
Voorgestelde tempe-
ratuur 70°C
30-90°C
Voorgestelde tempe-
ratuur 70°C
30-50°C
Voorgestelde tempe-
ratuur 38°C
Vermogen
50 W
Gebruik
De hitte ontstaat aan de
achterwand van het kook-
compartiment en wordt
door de ventilator snel en
gelijkmatig verdeeld. Voor
het bereiden op één of
twee niveaus met zeer kor-
te voorverwarmingstijd.
Voor vochtige taarten,
koekjes, ovenschotels.
Voor het verkorten van de
bereidingstijd kan de mag-
netron worden bijgescha-
keld.
Zeer intensieve hitte van
boven, welke door de venti-
lator snel en gelijkmatig
verdeeld wordt. Zorgt voor
korstvorming en tegelijker-
tijd rondom verwarming.
Voor vlees, gevogelte, vis,
groentespiesjes. Voorver-
warmen is niet nodig. Voor
het verkorten van de berei-
dingstijd kan de magnetron
worden bijgeschakeld.
Voor het drogen van dunne
fruit- en groenteplakken of
kruiden. Er wordt actief
vocht onttrokken aan het
kookcompartiment.
Langzaam en behoedzaam
bereiden van vlees voor
een bijzonder mals resul-
taat. Hetelucht wordt met
een laag magnetronvermo-
gen gecombineerd, om de
bereidingstijd te verkorten.
Vlees voor het bereiden
kort aanbraden.
Optimaal temperatuurbe-
reik, om deeg te laten rij-
zen. Voor gistdeeg en zuur-
desem.
De optimale temperatuurin-
stelling voor gistdeeg is
38°C.
Optimaal magnetronvermo-
gen voor het warmhouden
van gerechten zonder dat
deze uitdrogen.