Afbeelding 26 – Specifieke details toevoegen aan
probleemlabels
6� Op het scherm voor het bevestigen van probleem-
labels kunt u de probleemlabel als zodanig beves-
tigen� U kunt deze ook aanpassen, een aanteke-
ning eraan toevoegen of nog meer probleemlabels
toevoegen�
• Om het probleemlabel ongewijzigd op te
slaan, drukt u op de selectietoets
'Opslaan'
wordt automatisch geselecteerd,
dus als u drukt op de selectietoets
het probleemlabel snel opgeslagen zonder
aanvullende details, en keert u terug naar de
live weergave�
Afbeelding 27 – Scherm voor het bevestigen van
probleemlabels
• Om een omschrijving van een probleemlabel
te wijzigen of aan te vullen, gebruikt u de
rechterpijltoets
gaan� Gebruik het toetsenbord om wijzigingen
aan te brengen� Nadat u uw wijzigingen hebt
doorgevoerd, drukt u op de selectietoets
om het bewerkte probleemlabel op te slaan en
terug te keren naar de live weergave�
• Meerdere probleemlabels kunnen toegevoegd
worden aan een enkele foto� Nadat u het eerste
20 - Nederlands
TM
� De knop
, wordt
om naar het tekstvak te
probleemlabel geselecteerd hebt, drukt u, in
plaats van nogmaals op de selectietoets
om deze op te slaan en terug te keren naar
de live weergave, op de pijltoets voor omhoog
om te navigeren van de knop 'Opslaan'
naar de knop 'Probleemlabel toevoegen'
Druk op de selectietoets
probleemlabels toe te voegen aan de foto� De
probleemlabels verschijnen in rapporten in de
volgorde waarop ze zijn toegevoegd�
Afbeelding 28 – Een tekstaantekening toevoegen aan
een bestaand probleemlabel
Foto's kunnen worden opgeslagen in het project zonder
dat een aantekening of een probleemlabel wordt toege-
voegd door simpelweg de selectietoets in te drukken
als het scherm met probleemlabels en aantekeningen
voor de eerste keer wordt geopend�
U kunt het scherm met probleemlabels en aantekenin-
gen ook sluiten zonder de foto, eventuele aantekenin-
gen of labels op te slaan door de pijltoets voor omlaag
te gebruiken
om de knop ' A nnuleren' te markeren
en vervolgens te drukken op de selectietoets
Een inspectie annoteren met uw stem
Als de microfoon van de CS1000 staat ingeschakeld,
wordt het schermpictogram van de microfoon goud
gemarkeerd�
De toets voor het dempen van de microfoon
geactiveerd� U kunt het dempen van de microfoon onge-
daan maken en het schermpictogram inschakelen en uit-
schakelen om de status van de microfoon aan te duiden�
Afbeelding 29 – Microfoon op toetsenbord
�
om aanvullende
�
wordt