Gerelateerde Handleidingen voor Buderus KS0105 T
Samenvatting van Inhoud voor Buderus KS0105 T
- Pagina 1 Installatie- en onder- houdshandleiding Design-zonnestation Voorafgaand aan montage en onderhoud zorgvuldig lezen! KS0105 T | KS0105 T SM100...
- Pagina 2 5.2.1 Zonnestation met een regelaar buiten het zonnestation (KS0105 T) ........9 5.2.2 Zonnestation met geïntegreerde regelaar...
- Pagina 3 Toelichting bij de symbolen en veiligheidsaanwijzingen Algemene veiligheidsinstructies Toelichting bij de symbolen en veilig- Installatie heidsaanwijzingen De montage en het onderhoud mogen alleen door een erkend installa- teur worden uitgevoerd. Toelichting van de symbolen B Lees deze handleiding zorgvuldig door. Waarschuwing B Voer geen veranderingen uit aan de onderdelen.
- Pagina 4 Specificaties zonnestation Productbeschrijving Het zonnestation is leverbaar als uitvoering met geïntegreerde regelaar (KS0105 T SM 100) en als uitvoering zonder geïntegreerde regelaar (KS0105 T). De regelaar SM100 kan naderhand worden ingebouwd. De regelaar SM 10 kan alleen naderhand worden toege- voegd door wandmontage of inbouw in de ketel.
- Pagina 5 Afb. 5 Zonnestation, hier: met geïntegreerde regelaar Zonneboiler Mantel BUS-kabel (niet bij KS0105 T) Zak met aansluitset voor boilertemperatuursensor, zelftappende Netkabel (niet bij KS0105 T) schroeven, 15 mm klemringen en zeskant bout met vulring voor Zonneregelaar (niet bij KS0105 T) rvs-houder dubbele zonneleiding.
- Pagina 6 Voorschriften Leiding leggen Voorschriften Vacüumbuiscollectoren Voor de praktische werkzaamhedengelden de betreffende regels der De minimale leidinglengte van het zonnestation tot het collectorveld is techniek. 10 m (enkelvoudige lengte). B Voor de montage en het gebruik van de installatie de nationale en De hoogte-afstand voor de aansluiting van het expansievat tot aan het plaatselijke normen en richtlijnen respecteren.
- Pagina 7 Leidingen installeren Vlakke collectoren Leidingen koppelen Om luchtinsluitingen bij gebruik van een automatische ontluchter op het OPMERKING: Schade aan de collector door hitte-ont- collectorveld te voorkomen: wikkeling bij hardsolderen! B Leidingen van boiler naar collector/ontluchter [1] stijgend installe- B Niet in de nabijheid van vacuümbuiscollectoren sol- ren.
- Pagina 8 Installeer zonnestation B Hoeksteun (toebehoren) voor expansievat (toebehoren) met de Installeer zonnestation schroeven, moeren en vulringen uit de aansluitset op de montage- plaat bevestigen. Monteer zonnestation B Monteer de rvs-houder voor de dubbele zonneleiding (toebehoren) met de bouten en ringen op de montageplaat. Het zonnestation kan links en rechts op de boiler worden B Hang de montageplaat [1] aan de montagehaken en richt deze met gemonteerd.
- Pagina 9 B Sluit de pompkabel aan op de regelaar 5.2.2 Zonnestation met geïntegreerde regelaar KS0105 T SM100 Het zonnestation met geïntegreerde regelaar is volledig bedraad. B Verbindt de voedingskabel en de BUS-kabel met de regelaar in de cv- installatie.
- Pagina 10 Installeer zonnestation B Expansievat [1] in de retour op de veiligheidsgroep van het zonnesta- B Overstortleiding [3] zichtbaar in het opvangvat [1] laten uitmonden tion aansluiten. en vastzetten met een leidingbeugel [2]. Het opvangvat (container) kan evt. onder in het zonne- station worden geplaatst.
- Pagina 11 In bedrijf nemen Spoelen en vullen met vulstation In bedrijf nemen (onder druk vullen) Respecteer de handleiding, die met het vulstation wordt OPMERKING: Schade aan de collectoren door verdam- meegeleverd. ping in het zonnecircuit of bevroren water! B Spoel en vul het zonnesysteem alleen dan, wanneer de zon niet op de collectoren schijnt en er Het vulstation genereert tijdens het vullen met solarvloeistof een zeer geen vorst (bij spoelen met water) wordt verwacht.
- Pagina 12 In bedrijf nemen Zonnesysteem boven het zonnestation vullen B Sluit het vulstation aan, zoals in afb. 19 is weergegeven. B Laat de kogelkraan gesloten. B Vul het zonnesysteem tot er geen luchtbellen meer in de slang en in het vulstation zichtbaar zijn. 6720644675.04-1.ST Afb.
- Pagina 13 In bedrijf nemen B Dichtheidstest uitvoeren - daarbij de toegestane drukken van alle mo- B Ontluchter [2] ontluchten en evt. de bedrijfsdruk corrigeren. dules bewaken. °C 80 6 720 802 132-30.1ITL Afb. 20 Spoelen van het standaardsysteem Kogelkraan en terugslagklep op thermometer geopend (45°- stand) 6 720 802 132-24.1ITL Vul- en aftapkraan op de debietmeter...
- Pagina 14 In bedrijf nemen 6.2.4 Controleer of het zonnesysteem vrij is van lucht Bij installatiebedrijf met solarvloeistof LS Wanneer het zonnesysteem met solarvloeistof LS wordt gebruikt, moet B Zonnepomp handmatig in- en uitschakelen. de waarde aan de hand van tab. 8 worden omgerekend. B Controleer tijdens het schakelen de zwarte wijzer van de manometer [1] op de inlaatcombinatie.
- Pagina 15 In bedrijf nemen B Bijvulhoeveelheid (V .) van het concentraat bepalen met de volgen- verv de formule. °C 80 45 - C verv. concentratie 100 - C concentratie Tabel 10 Formule voor de berekening van de te vervangen vloeistof Voorbeeld voor solarvloeistof L: •...
- Pagina 16 In bedrijf nemen 6.4.3 Doorstroomhoeveelheid instellen Afsluitende werkzaamheden Bij zonnesystemen tot 4 vlakke collectoren (of 3 vacuümbuiscollecto- Om het zonnestation te sluiten: ren) kan het nodig zijn het debiet te reduceren. B Isolatiekap op het zonnestation schuiven. B Stel op de zonneregelaar het toerental in op 100 % ( handleiding van de regelaar: "Functietest").
- Pagina 17 Milieubescherming/afvoeren Milieubescherming/afvoeren Inbedrijfstelling- inspectie- en onder- houdsprotocol Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep. Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor ons gelijkwaardige doelstellingen. Wetten en voorschriften op het ge- GEVAAR: Voor valpartijen! bied van de milieubescherming worden strikt aangehouden. B Bij alle werkzaamheden op het dak beveiligen tegen Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met vallen.
- Pagina 18 Inbedrijfstelling- inspectie- en onderhoudsprotocol Inspectie/Onderhoud Inbedrijfstelling, inspectie en onderhoud Pagina In bedrijf nemen Datum: Zonnesysteem Leidingen (aanvoer en retour) geïnstalleerd en geaard? – – – Leidingen gespoeld en dichtheidstest uitgevoerd? – – – Ontluchter gesloten? – – – Voordruk van het expansievat gecontroleerd? ______ bar –...
- Pagina 19 Storingen Inspectie/Onderhoud Inbedrijfstelling, inspectie en onderhoud Pagina In bedrijf nemen Maximumtemperatuur van de boiler Tmax voor zonneboiler 1 nagegaan en in- _____ °C _____ °C _____ °C _____ °C gevuld? Maximumtemperatuur van de boiler Tmax voor zonneboiler 2 nagegaan en in- _____ °C _____ °C _____ °C...
- Pagina 20 Storingen Soort storing Effect Mogelijke oorzaken Oplossing Temperatuurverschil in het zonnecircuit te hoog / te hoge aanvoertemperatuur / te snel hoge collectortemperatuur Opbrengst zonne-energie te laag Defecte temperatuursensor of regelaarfunctie. Instellingen temperatuursensor en regelaar controleren. of schade aan installatie. Lucht in systeem. Ontlucht de installatie.
- Pagina 21 Bijlage Bijlage TS12 SM 100 4 5 6 TS13 ≤ 24 V 120/230 V AC ≤ 24 V TS1 TS2 VS1, PS2, PS3 120/230VAC120/230VAC N 74 N 63 1 2 1 2 1 2 3 0-10V 230 V AC 230 V AC TS1 TS2 TS12 TS13...
- Pagina 22 Bijlage Design-zonnestation – 6 720 803 531 (2012/08)
- Pagina 23 Bijlage Design-zonnestation – 6 720 803 531 (2012/08)