Toro Greensmaster eFlex 2100 Gebruikershandleiding pagina 36
Verberg thumbnails
Zie ook voor Greensmaster eFlex 2100:
- Gebruikershandleiding (44 pagina's) ,
- Installatie-instructie (29 pagina's) ,
- Installatie-instructies (25 pagina's)
Advertenties
A.
Til het accuplatform omhoog; raadpleeg
5 Het accupack monteren (bladz.
B.
Verwijder het zekeringdeksel
41).
1. Zekeringdeksel
C.
Controleer de zekering en vervang ze
als ze gesprongen is. Gebruik alleen
Toro zekeringen, nummer 119-1208,
om de zekering te vervangen.
Deze zekering is speciaal ontworpen
voor het accupack. Zekeringen voor
algemeen gebruik kunnen het accupack
onherstelbaar beschadigen.
D.
Plaats het zekeringdeksel terug en
bevestig het. Draai de schroef van het
deksel vast met een torsie van 0,34 N·m.
E.
Laat het accuplatform zakken en
bevestig het.
Onderhoud van de
tractie-interlockschakelaar
Ga als volgt te werk als de schakelaar van de
tractievergrendeling moet worden afgesteld of
vervangen.
1.
Schakel de machine uit en koppel het accupack
af.
2.
Verwijder het bedieningspaneel.
3.
Stel de tractiehendel in werking.
(Figuur
Figuur 41
13).
1. Tractiehendel
2. Vlag van maaisensor
4.
Maak de bevestigingen van de interlockscha-
g017425
kelaar los
5.
Plaats een afstandsring met een dikte van
1,6 mm tussen de tractiehendel en de
interlockschakelaar
6.
Draai de bevestigingen van de interlockschake-
laar vast. Controleer nogmaals de afstand. De
tractiehendel mag niet in contact komen met de
schakelaar.
7.
Schakel de tractiehendel in en controleer de
tussenruimte. Het normale bereik tijdens gebruik
is 0,76 tot 3,05 mm. Schakel de tractiehendel
in en controleer of er stroom op de schakelaar
staat. Vervang de schakelaar indien nodig.
Onderhoud van de
maaisensor
Ga als volgt te werk als de maaisensor moet worden
afgesteld of vervangen.
1.
Schakel de machine uit en koppel het accupack
af.
2.
Verwijder het bedieningspaneel.
3.
Duw de tractiehendel naar links en schakel de
maaier in.
4.
Maak de bevestigingen van de maaisensor los
(Figuur
5.
Plaats een afstandsring met een dikte van
1,6 mm tussen de vlag van de maaisensor en
de maaisensor
6.
Draai de bevestigingen van de sensor vast.
Controleer nogmaals de afstand. De vlag mag
geen contact maken met de sensor.
36
Figuur 42
3. Maaisensor
4. Interlockschakelaar van
de tractie
(Figuur
42).
(Figuur
42).
42).
(Figuur
42).
g017298
Advertenties
